Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 6 juli 2025
De luilak is natuurlijk weer identiek met den Meigraaf, Laubkönig enz., zie bl. 193; eveneens met de Pinksterbloem, waarover nader. Zeer merkwaardig is het te water gooien; ook de groene George wordt bij de Slovenen in Krain en Karinthië te water geworpen. Bij ons heet hij de groene man of ook, zooals te Haarlem, klisseboer, omdat hij geheel met klissen overdekt is.
Ook te Molkwerum fungeerden meisjes van 12 tot 15 jaar als Pinksterbloem; te Franeker, Bolsward en Makkum was het een kleine jongen, die in een zoogenaamden tempel liep, een soort bijenkorf, samengesteld uit hoepels en stokken en met groen behangen. Te Vriezenveen werden op 2en Pinksterdag de kleinste meisjes met groen behangen en onder een groot schort van huis tot huis geleid.
Maartensvuur, de ommegang met de Pinksterbloem en de Luilak, het kaarsje-dansen met Driekoningen, het raadselopgeven, het pandverbeuren enz. Dezen weg zijn vooral vele reidansen gegaan. Hier en daar, op bruiloften en boerenkermissen, wisten zij zich nog op het platteland staande te houden, maar zij verdwijnen meer en meer. En evenzoo ging het met allerlei drinkliedjes en pandspelletjes.
Gregoriusdag. Sint Geertrui. Lentefeest. Meiboom. Palmzondag. Palmpaasch. Palmpaaschrijmpjes. Kalfdag. Witte Donderdag. Goede Vrijdag. Goede Zaterdag. Paaschdag. Paaschei. Paaschvuur. Paaschbrood. Vlöggelen. Paaschmaandag. Beloken Paschen. Natte Paschen. 1 April. Meidag. Meitaksteken. Meiliedjes. Meifluitjes. Meigilden. Meileeste. Hemelvaartsdag. Luilak. Pinksteren. Pinksterbloem. Nustekook.
Andere bloemen noemt men naar den bloeitijd, b.v. de pinksterbloem, terwijl de wilde narcis den naam van tijloos draagt, daar zij vroeg in het voorjaar met haar groote, gele trompetbloem zich blijkbaar niet aan den gewonen bloeitijd stoort. Zij heet ook sporkelle, wat wel met den ouden naam van Februari "Sporkelmaand" samenhangt.
Vrouwtje, als gij niet deugen wilt, Dan zullen wij u gaan verkoopen. Dan gaan wij naar het groene woud, Daar zingen de vogeltjes jong en oud, Keert u es om, Draait u es om, Vierge, vierge Pinksterblom. Wie doet nu eigenlijk dienst als Pinksterbloem? Wie verbeeldt den vruchtbaarheidsgenius? Welken eigenaardigen vorm neemt het vegetatiegebruik op Pinksterdag aan?
Thans is dit gebruik, dat in de XVIIe eeuw nog te Amsterdam, Utrecht, Deventer, Arnhem, Enkhuizen en in het Kennemerland plaats had, zooals uit de verordeningen blijkt, vrijwel uitgestorven, en wel, als zoo vaak, in zuidelijke richting. Te Ubbergen hielden nog kort geleden drie meisjes uit de mindere volksklasse haar omgang, van wie de middelste de Pinksterbloem voorstelde; zie hierover Mr.
Mei- en Pinkstergebruiken vallen vrijwel samen; aan het Meilief beantwoordt de Pinksterbloem of Pinksterbruid. Ook zij is een verpersoonlijking van den genius der groeikracht, wat o.a. uit haar bloemkroon en loofversiering blijkt. Te Sittard heeft zij hoofd, leest en armen omwonden met kransen van roode kollen en blauwe korenbloemen.
Mannhardt daarentegen meent de verklaring van het feit, dat voor Pinksterbruid de laatst-ontwaakte genomen wordt, hierin te moeten zoeken, dat de Pinksterbloem de uit den slaap ontwaakte lentedaemon is. Deze verklaring komt mij te zeer gekunsteld voor en niet in overeenstemming met alle feiten.
W. V. D. Poll, in den Gelderschen Volksalm. 1897, bl. 185 In Limburg en Noord-Brabant bestaat de Pinksterbloem nog, eveneens in sommige plaatsen van Vlaanderen; ik noem Horn, Amby, waar zij insgelijks in een "huisje" met groen zit, Schinnen, Doenrade, Cuyk, Blitterswijk, Guttecoven, Afferden. Het lied, dat bij het rondgaan gezongen wordt, is hoofdzakelijk van tweeërlei aard.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek