Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 mei 2025
Zij begonnen een ander liedje: Pinksterbruid, de wijn is uit: Nu wordt er bier geschonken. En wie de kruik niet tijdig sluit Die wordt er wel beschonken. Zeg je neen, of zeg je ja, Waar je vóór gaat, volgen we na. Pinksterbruid, het bier is uit: Nu moogt gij water drinken. Water geeft uw stem geluid; Het doet uw oogen blinken. Zeg je ja, of zeg je nee, Waar je vóór gaat, gaan wij mee.
Mannhardt daarentegen meent de verklaring van het feit, dat voor Pinksterbruid de laatst-ontwaakte genomen wordt, hierin te moeten zoeken, dat de Pinksterbloem de uit den slaap ontwaakte lentedaemon is. Deze verklaring komt mij te zeer gekunsteld voor en niet in overeenstemming met alle feiten.
Zij houdt een ruiker in de hand. Dien hebben wij van amarant En reseda geweven. En de kinderen kwamen aanzetten, het pinksterbruidje verborgen in hun midden meevoerend. Sta op, sta op nu, Pinksterbruid. De dag is om, de wijn is uit; Gij kunt vandaag niet trouwen. Ik weet niet waar uw vrijer is. Gij sliept te lang, en hij gewis Ging elders kennis houën.
Het is een straf voor de lang-slapers en telaat-komers, die eveneens den Luilak treft, die den eersten meidag verslaapt. Ook de Pinksterbruid is een langslaapster, waarover nader. Natuurlijk heeft men dit gebruik in verband gebracht met het Evangelieverhaal van den H. Thomas, die "te laat kwam", toen de anderen reeds vergaderd waren.
Mei- en Pinkstergebruiken vallen vrijwel samen; aan het Meilief beantwoordt de Pinksterbloem of Pinksterbruid. Ook zij is een verpersoonlijking van den genius der groeikracht, wat o.a. uit haar bloemkroon en loofversiering blijkt. Te Sittard heeft zij hoofd, leest en armen omwonden met kransen van roode kollen en blauwe korenbloemen.
Maar opeens beginnen ze allen samen te zingen: De pinksterbruid is opgestaan Met haar prinsessenkleedje aan. Wat heeft zij lang geslapen! Zij lacht zoo lief naar u en mij. Zij wandelt door de groene wei Met al haar witte schapen. En de ouden lachten, daar zij het lied herkenden hunner jeugd: Zij draagt een kransjen om het haar. Dat heeft de roode rozelaar Ze tot geschenk gegeven.
Waar een Pinksterbroed is, is ook een broedsleider. Te Gees heet hij broedegom, te Zweeloo heeten ze broedhen en broedhaan. Te Gees is de Pinksterbruid het geheele jaar de versukkeling. De kinderen verzamelen zich te Koevorden aan den ingang van de weide en letten op, welk beest het laatste van den stal gekomen is en de weide binnentreedt.
Pinksterbruid, de lente is uit: Nu gaan wij aren lezen. En wie niet weet wat dat beduidt, Die krijgt de deur gewezen. Zeg je neen of zeg je ja, Waar je vóór gaat, volgen we na. "Laat ze mij eens kijken," zei Willem Stoffels tot Anneke. Haar kameraadje van dien dag op de heide! Het was bijna een jaar dat ze hem niet meer gezien had. "Je moet betalen," zegt ze en bloost.
De Pinksterbruid of de Pinkstlummel is dus de langslaper; want de taak, als vegetatiegenius te fungeeren, was aanvankelijk allesbehalve een huldiging van den persoon, maar slechts van den genius; en daarom alleen zette men haar of hem de kroon op het hoofd. Het was een zekere tuchtiging van den telaatkomer, van den luiaard, die een heerlijken meimorgen versliep.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek