Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 8 juli 2025


"God zij gedankt, mijn beste Petersen," zeide hij tot dezen, met wien hij persoonlijk bekend was, terwijl hij hem hartelijk de hand schudde, "gij komt juist van pas met uw mannen; de vervloekte rekels zijn nu wel vertrokken, nadat ik ze uit de ramen aan den achterkant flink beschoten heb, maar ze hebben zich zeker allen tusschen het suikerriet en de katoenstruiken verstopt, en willen ons doen gelooven, dat zij weg zijn.

Het noordfriesche eiland Sylt leverde my een voorbeeld van het eerstgenoemde gebruik, en het oostfriesche eiland Borkum van het tweede. Zoo vind ik in de belangryke geschriften van den bekenden sylter Stand-Fries C. P. Hansen, eene sylter vrou vermeld die in 1746 leefde, en Merret Lorens Petersen Hahn genoemd werd. Dat is: Merret, de dochter van Lorens, die een zoon was van Peter Hahn.

Ik heet: Hendrik Petersen, en mijn vriend hier, Herman Arendt, beiden in betrekking op de kantoren der Duitsche Handel- en Plantage-Maatschappij op de Samoa-eilanden. Gezondheid!" Na over deze grappige manier van voorstellen gelachen te hebben, klonken wij samen, waarna de oudste heer zich bekend maakte als de bezitter van een grooten Duitschen winkel in Apia.

"Maar, waarde neef, gaat u Mulifanua dan verlaten?" riep de jonge man verwonderd uit. "Slechts voor enkele maanden, beste Petersen," antwoordde de directeur, vóór mijnheer Krüger kon antwoorden. De zaak is deze, Mijneheeren.

Toen Petersen en de overige Europeanen terugkwamen, vertelden zij wel een dozijn dooden, maar geen enkelen zwaar gewonde gevonden te hebben; ook hadden zij opgemerkt, dat niemand der inlanders, den witten doek, het herkenningsteeken der partij van de opstandelingen, om het hoofd gewonden had.

Ik heb ook aan mijnheer Krüger een bode gezonden, met het verzoek mij uw vriend Petersen voor een poos af te staan; met twee zulke flinke Hamburgers bij mij, zal het mij en mijn huis niet aan de noodige bescherming ontbreken!" besloot de directeur lachend.

Na ons met een kop sterke koffie verkwikt te hebben, begaven wij ons, onder geleide van Frans, weer op weg naar onze plantage, over de heuvelen en door het woud, daar de zon intusschen opgegaan was. In de factorij bestegen Petersen en ik onze paarden, die wij daar gelaten hadden en kwamen een uur later weer in onze woning, waar mijnheer Krüger ons met ongeduld wachtte.

"Toch stel ik u voor," zeide ik, "dat mijn collega Petersen en ik de loodsen met onze lieden bezetten, om uw oogst te redden, mijnheer Hüsmann. Wij zullen de inlanders met onze geweren wel op een afstand houden." "Gij hebt waarlijk gelijk, vriend Arendt," riep Petersen uit. "Ik zie, dat gij bij de zes en zeventigen in Hamburg uw dienstjaar goed gebruikt hebt.

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek