Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 juli 2025
Willem, de student beleefd glimlachend, wenkbrauw optrekkend deed al wat hij kon om tegenover de ontstelde familie een draai te geven aan 't gekke geval; hij verzon allerlei mogelijkheden, maar de oude De Boogh bedierf dat dan weer door zijn jammerend cholerisch geschreeuw, zijn malle excuses.
Bijwijlen vroeg hij, bang zijne wenkbrauwen optrekkend: Milly, vindt ge 't alzoo plezierig? Milly wist dan wel de beteekenis van de scheeve roering, die in zijn oogen lag; maar ze was blind voor de beelden van zijn angst. Hij schoof naderhand dichter aan bij haar, en zette zich te rooken.
Hij was het die hem gisternacht opklopte, en wat meer zegt: mijn man wist dat hij zou komen, want hij had stoom op in de boot. Ik zeg u eerlijk, sir, ik gevoel mij lang niet op mijn gemak." »Maar, mijn beste Mrs. Smith," zei Holmes, zijn schouders optrekkend, »gij maakt u onnoodig ongerust. Hoe kondet gij met mogelijkheid zeggen dat het die man met het houten been was die in den nacht gekomen is?
In een leegte van lichte teleurstelling en ontnuchtering reikte hij toen zijn kaartje over, en zijn groote reiszak krachtig optrekkend vóór-langs zijn linkerbeen kwam hij er langzaam de breede, molmig-houten trap mee af.
Alsof hij er telkens een stukje bij geschreven had zonder het voorgaande over te lezen, zich hopeloos verwikkelend in een warnet van zijn eigen allegorie, zich ternauwernood reddende door zijn nooit falende geestigheid, zich als Münchhausen, met een tour-de-force, meer vernuftig dan overtuigend, aan de haren optrekkend uit het moeras. Dit laatste gebrek is eigen ook aan zijn beste vertellingen.
Zij waren nu weder, zoo te zeggen, gekleed, en "a dressed native is not nice", zooals Mrs. Catt, daarbij de neus optrekkend, opmerkte. Onze mooie, slanke, naakte mannen en vrouwen, met hun glad gepolijste, ebbenhouten huid, alleen met koraalsnoeren gekleed, waren oneindig interessanter.
Maar, vervolgde hij, zijne wenkbrauwen optrekkend, maar weet gij dat gij den weg niet kent, dat gij in u de geestelijke kracht niet hebt om uwe liefde te bemeesteren en zeer kalm de mijne te overzien, dat gij u radeloos met dien dubbelen last naar zwakken willekeur zult richten, d
Vrouw Thénardier sloeg opnieuw een blik op hem, beschouwde nauwkeurig zijn jas, die geheel kaal en zijn hoed die eenigszins gedeukt was en raadpleegde, hoofdschuddend, den neus optrekkend en knipoogend, haar man, die nog altijd met de voerlieden dronk.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek