Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 1 juli 2025
Maar hiertegen opperde men het bezwaar, dat, wanneer het volk verplicht was om een groot gedeelte van zijn tijd te gebruiken om op den ballon te letten ten einde te voorkomen dat hun hoofden zouden verbrijzeld worden, wanneer deze na lang gedobber en op en neder gaan naar beneden zou storten, een dergelijke tijdverspilling op den duur een schaarschte van levensmiddelen zou veroorzaken; en dat zij, die er belang bij hadden, tenslotte tot wanhoop gedreven door het onophoudelijk opletten en door gebrek aan werk, voedsel en kleeding, er eindelijk op zouden aandringen om de kleppen van den ballon te openen en het geheele volume gas ineens te laten ontsnappen.
Ze waren te geleerd en te verstandig om aan het booze oog te gelooven. De arbeiders moesten maar beter bij het werk opletten. 't Was aan hun eigen onvoorzichtigheid te wijten, dat er ongelukken geschiedden. En de kolenwagens stortten in den afgrond, en de locomotieven ontploften. Op een morgen fluisterde men, dat de ingenieur weg was. Hij was verdwenen, niemand wist waar hij gebleven was.
De anderen zijn verdronken of naar de hooge landen gevlucht. Middelerwijl zij dus praatten, kwamen mijne boden met de Zeelander heeren aan zijn hof. Hier moet gij nu opletten, hoe Friso allen wist te bedotten, tot genoegen van beide partijen en ten bate van zijn eigen doel.
Daar is niets wonderlijks in, omdat wij het vuur, als wij willen opletten, van nature eerder lichte en zwakke dingen zullen zien aantasten dan harde en zwaardere. Toch en de mannen nemen het niet als een kwaad op zijn wij veel gevoeliger dan zij zijn en veel bewegelijker.
't Scheelde dan ook maar een beetje, of hij had zoowel 's morgens als 's middags school moeten blijven. Bij 't rekenen maakte hij meer dan de helft van de sommen fout, en bij 't lezen wist hij niet, waar hij beginnen moest. De meester werd eindelijk knorrig op hem. "Jij moest beter opletten, Jantje, anders worden wij kwade vrienden."
Laat zij opletten en ons, indien noodig, komen waarschuwen. Janik bracht nu het eten weg en voorzag ons daarna van nog enkele dekens. Toen hij weg was, deden wij het licht uit. Deur en luiken waren wel gesloten en gegrendeld, maar er waren zooveel kieren, dat men van buiten zeer goed zien kon, dat het licht uit was. Na ruim twee uren kwam Janik terug.
't Was waarschijnlijker, dat hij zelf zich vergiste. Hij was met zijn gedachten ver weg geweest, en had niet op den weg gelet. En dus liet hij het paard in dezelfde richting voortgaan, en verzonk opnieuw in gepeins. Maar onmiddellijk daarna sloeg een groote tak zoo heftig tegen hem aan, dat hij bijna van zijn paard was gevallen. Toen begreep hij, dat hij opletten moest, waar hij gekomen was.
Maar, Wouter, jy hebt ook schuld. Jy had me moeten waarschuwen dat de man niet deugde. Kon ik 't weten, ik arme weduw die hier in m'n huiswerk zit? Moeder, ik wist het ook niet. Je had dan maar beter moeten opletten. Maar je geeft er niet om of je moeder aan 't bedelen raakt. En, Stoffel, wat zullen we nu met 'm beginnen? Naar zee gaat-i niet, dat zeg ik!
Ik zal mijn oogen moeten openhouden en opletten en leeren. Elk woord, dat ik u gezegd heb, is de waarheid en hier is mijn hand er op." Weer rees hij hoog op uit zijn stoel en kwam naar haar toe. Haar kleine hand werd in zijn groote gegrepen toen zij opstond en hem tegemoet kwam en na een eerlijken, open blik in elkanders oogen, keken beiden onbewust naar de ineengeklemde handen.
Toen hij wakker werd besloot hij zijn droom te volgen, en liep de stad uit, en den eersten dien hij buiten de poort zag, vroeg hij peet te staan. De vreemde schonk hem een glaasje water en zei: »dit is een wonderbaar water, daarmee kunt ge zieken gezond maken; maar ge moet opletten waar de dood staat.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek