United States or South Sudan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zoo fijngevoelig kon niemand anders zijn dan een echte prinses. Nu nam de prins haar tot vrouw; want nu wist hij, dat hij een echte prinses bezat, en de erwt kwam in het kabinet van zeldzaamheden, waarin zij nog te zien is, als niemand haar ten minste gestolen heeft. Zie, dat is een ware geschiedenis! Er is niemand op de wereld, die zooveel sprookjes kent, als Ole Luk-Oie.

Daar de Viken door de golven verzwolgen is, daar zij als het ware onder zeil gezonken is, ligt daarin de gereede verklaring, waarom geen enkel wrakstuk van het verongelukte schip op de oppervlakte der zee aangetroffen is. Neen, niets dan die flesch, waarin de arme Ole Kamp in den uitersten nood zijne laatste gedachte en daarmede zijne eenige bezitting op deze wereld, heeft gesloten."

Hulda bleef niets anders over dan de brieven af te wachten, die Ole beloofd had haar bij iedere postgelegenheid naar Europa te zenden. Zij kon wel niet anders. Nu was kalme berusting een eigenaardig kenmerk van haar karakter. Die brieven, die natuurlijk steeds zoo ongeduldig verwacht werden, bleven gelukkig niet uit.

Die wees zou zonder zijn oom Harald een dier kleine ongelukkige wezens geweest zijn, die slechts op de wereld verschijnen om haar dadelijk te verlaten. Niet ten onrechte legde Ole Kamp voor zijne pleegouders eene dankbaarheid aan den dag, die veel van kinderlijke liefde getuigde. Niets kon den band, die hem aan de familie Hansen hechtte, verbreken.

De sterren zijn wereldbollen, evenals onze aarde en juist dat is het goede dat er aan is.» «Ik dank u wel, oude overgrootvaderzei Ole Luk-Oie; «ik dank u wel! Gij zijt immers het hoofd der familie; maar ik ben toch ouder dan gij. Ik ben een oude heiden: Romeinen en Grieken noemden mij droomgod! Ik ben in de deftigste huizen geweest en kom er nog!

Wanneer zij ooit eenig vermogen mocht verwerven, dan zou zij daarover zoo'n bijster groote voldoening niet gevoelen. Verwierf zij het niet, och, dan zou het verdriet daarover wel te dragen zijn. Zoo praatten Hulda en Joël Hansen hierover met elkander, daags nadat de laatste brief van Ole Kamp te Dal ontvangen was. Zij dachten over deze zaak, zoowel als over alle andere dingen op dezelfde wijze.

Het eenige middel tot genezing zou evenwel de terugkeer van Ole Kamp geweest zijn, en.... over dat middel kon door geen menschelijk wezen beschikt worden, dat kon God alleen. In ieder geval was Sylvius Hog niet karig met zijne troostredenen wanneer hij bij het jonge meisje gezeten was. Dan was hij onuitputtelijk in het vinden van woorden, die een troostrijk verschiet openden.

In den loop van dit gesprek tusschen broeder en zuster zei Joël: »Neen, dat is niet mogelijk, zusjelief. Niet mogelijk, inderdaad. Gij verheelt mij iets. Het kan niet anders." »Ik!... iets verhelen?" vroeg het jonge meisje. »Hoe komt gij er toe? Handelde ik ooit zoo?" »Neen, dat moet ik erkennen. En toch kan ik niet gelooven, dat Ole, uw bruidegom..."

Eens, of liever drie dagen na de aankomst van den laatsten brief van Ole Kamp, het was toen de 19de April, toen vrouw Hansen alleen van de houtzagerij terugkeerde, waar zij een zak berkenbast aan den opziener dier inrichting, Lengling genaamd, had gaan bestellen, en zich naar huis begaf, werd zij een oogenblik, voordat zij de deur harer woning bereikt had, aangesproken door een man, die niet uit de buurt en haar dus geheel vreemd was.

»Hulda!.... Hulda!.... Geen moed verliezen, wat ik je bidden mag!.... Ik verzeker je, dat ik nog volstrekt niet wanhoop! En toch weet ge, hoezeer ik Ole liefheb." »Kan ik je gelooven, Joël?" vroeg het meisje, terwijl zij het hoofdje aan zijne borst vleide.