Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 26 juli 2025
"En wat hebt gij dien jongen snoeshaan gedaan, van wien gij spreekt?" vroeg Mom. "Hebt gij hem doorregen als een hoentje aan 't spit of hem als een os den hals afgestoken?"
Deze verliet hem en Mom begaf zich naar bed, met een mengeling van gevoelens, die, zoo zij hem al niet uit den slaap hielden, hem zeker beletteden, de rust des rechtvaardigen te smaken. Sliep Joan geruster op het slot te Sonheuvel? Wij mogen, na al het gebeurde van den dag, daaraan twijfelen.
"Wie? wat? wat is dat?" riepen al de aanwezigen als uit éénen mond, en zagen naar de deur, waarin een grijsaard stond, door Bouke binnengeleid. "Ik Godard van Reede van Sonheuvel," hernam de onbekende, "heb mijn toestemming niet gegeven tot het huwelijk van Jonkheer Jacob Mom met Jonkvrouwe Ulrica van Reede tot Sonheuvel, mijn kleindochter."
Op dit oogenblik stoof Botbergen de kamer in. "Daar is de kamenier van de Freule van Sonheuvel," zeide hij, "die den Heer Mom verlangt te spreken." "De kamenier van de Freule;" riep Mom verwonderd uit; "en hoe wist zij dat ik hier was?" "Zij wist meer dan dat," antwoordde Botbergen: "want toen ik haar vroeg, wat zij hier deed, antwoordde zij: de wind loopt zuidwest."
"Dat ware het minste," antwoordde Mom: "doch mijn huwelijk moet voltrokken zijn, eer de vijandelijkheden beginnen; anders komt er, gelijk vanzelf spreekt, niets van." "Dan zult ge u zeker moeten haasten."
Hebt gij het voornemen, van Ulrica's geluk door dezen echt, in deze omstandigheden te bevorderen?" "Zeker ben ik niet voornemens haar ongelukkig te maken," zeide Mom, met zichtbare verlegenheid. "Geen omwegen! ik vraag eenvoudig, ja of neen." "Nu.... ja!" antwoordde Mom. "Doch kunt gij dit?" hernam de Vicaris: "zijt gij niet overtuigd, dat dit huwelijk voor haar een bron van ellende zijn zal?"
"Den moed zult gij althans nimmer verliezen, mijn waarde Botbergen!" zeide Mom. "Neen," hervatte deze, "maar wat helpt deze, wanneer...." "Zoo meen ik het niet," viel hem de Ambtman in de rede: "men kan niet verliezen wat men nooit gehad heeft." "Was zum henker!" riep Botbergen uit, de hand aan het gevest van den degen slaande, "indien een ander dan Jakobus Mom mij zulk een beleediging zeide."
Dit onverwacht gezicht deed hem, verwonderd, een stap terugtreden, en bracht zijn gedachten opeens van den twist met Botbergen op het voorgevallene van den vorigen avond terug. Met niet minder nadruk, schoon met een kwalijk verborgene verlegenheid, staarde Mom den jongeling aan en peinsde hij op de houding, die hij bij deze gelegenheid moest aannemen.
Onder de pretendenten noemde Mevrouw van Nassau voornamelijk den Heer Mom, Ambtman van 't land tusschen Maas en Waal, een welgezeten, bemiddeld ridder, van middelbare jaren en in groot aanzien ten hove staande. Kort na de ontvangst van dezen brief, die den goeden Baron in allerlei verlegenheden stortte, kwam er een onzer oude bekenden op 't onverwachts op Sonheuvel aan.
"Ja, als wij het eerst aan Spanje brengen, zal Spanje er ons naderhand mede beschenken," zeide Mom, met bitterheid: "Is het zoo niet? Ik weet den toestand, waarin gij verkeert: uw krijgskas is uitgeput, Spinola berooid en de geestelijke orden zijn, zooals altijd, niet scheutig."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek