United States or Czechia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wij toerden eerst door de voornaamste straten der stad, en lieten de vensters der respectieve bewoners dreunen. Mijnheer Kegge beweerde dat men hard moest rijden, want dat men anders geen ontzag onder de voetgangers krijgen kon.

"Mijnheer," antwoordde ik den dokter, "ik ben al te gelukkig zulk een bekoorlijke dame te dienen." Mijn antwoord mishaagde aan Mergelina, die op bruusken toon zeide: "Kijk me eens aan, die emancipeert zich ook al!

HOVSTAD. Noem het zooals u wil; maar wij konden niet anders. DR. STOCKMANN. U durfde zeker niet anders? Is het dat niet? HOVSTAD. Ja, als u wil. ASLAKSEN. Maar waarom liet u er vooruit niet een woordje over los? Alleen zoo maar een wenk tegen mijnheer Hovstad of mij. DR. STOCKMANN. Een wenk? Waarover? ASLAKSEN. Over dat wat er achter stak. DR. STOCKMANN. Ik begrijp u heelemaal niet.

Doch hoe onverschillig hij ook geweest mocht zijn, hij was het toch niet zoozeer als Koenraad, toen ik den braven jongen ons voornemen meedeelde, om tot aan de Zuidpool door te dringen. Een "zooals mijnheer goedvindt," was zijn antwoord op deze mededeeling, en daarmee kon ik mij tevreden stellen. Wat Ned Land aangaat, deze trok den schouder zoo hoog op als ooit iemand gedaan had.

Men kon den aardigen, beminlijken jongen man waarlijk niets kwalijk nemen, en evenmin lang boos op hem zijn; ik bracht dus mijn geschokt koopmansgevoel tot rust, en toog aan het werk, dat mij wachtte, nadat mijnheer Krüger mij nog eenige noodzakelijke aanwijzingen dienaangaande gegeven had.

"Ik geloof dat gij beter doet niet te gaan, mijnheer Bingham," hernam Beatrice; "'t is een ruwe troep." "Iedereen is zoo lafhartig niet als jij bent," viel Elisabeth in. "Ik ga er in allen gevalle heen." "Dat is goed, Miss Elisabeth," zeide Geoffrey; "dan zullen wij elkaar tegen de revolutionnaire volkswoede beschermen. Kom, 't is tijd om te gaan."

De bijbelsche kennis van ons vier is niet toereikend om uit te maken waardoor mijnheer Dan zich beroemd gemaakt heeft, en terwijl ik vlijtig zit te schrijven, zitten mijne drie reisgenooten in den bijbel deze en dergelijke bijzonderheden na te pluizen.

Ik zal in dien tusschentijd naar de bronnen van de Roode Beek gaan en de noordelijke berghelling opnemen. Dan...." "Dan.... mijnheer Cyrus?" "Dan zullen wij de galerij van Dakkar bezoeken.... Ik wil zien.... In ieder geval kom ik u over twee uur halen."

"Uwe Hoogheid is haar onbepaalde gehoorzaamheid verschuldigd. Intusschen moet het u genoegen doen, uwe vacantie in zulk een heerlijk lustoord als dit te passeeren. Uwe Hoogheid zal zich toch niet vervelen?" "Vervelen, mijnheer de Raadpensionaris?" vraagde de Prins schier verwonderd. "Mijne grootmoeder heeft eene schoone boekerij." "Gij leest dan veel. En waarin bestaat alzoo uwe lectuur?"

"Wat de kleine betreft moet ik met mijnheer nog een woord spreken. Ga, vrouw." Vrouw Thénardier was als verbijsterd door de verrassende spranken van haars mans schitterenden geest. Zij gevoelde dat de groote acteur thans ten tooneele trad; zij antwoordde niet en ging heen. Zoodra zij alleen waren, bood Thénardier den vreemdeling een stoel aan.