Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 juni 2025
De wind ruischte door het geboomte. Cosette mijmerde; een droefgeestigheid, zonder bepaalde oorzaak, had haar allengs bevangen, die onverwinbare droefgeestigheid, welke de avond veroorzaakt, en welke, wie weet? misschien uit de verborgenheid van het op dat uur geopende graf komt. Misschien was Fantine in deze schaduw.
Hij mijmerde, telde het lichte gedrop van de springfontein. Hij had het ivoren aapje op haren schoot neergeleid en rondde het kopje in den vouw van zijn duim. De tuin lag vredig; maar verder, over de terras, rumoerde het ongezellig hotelleven. Rupert, vroeg ze, ik moet, eer we weggaan, hier nog iets doen.
Wanneer zijn moeder hem omhelsde, liet hij haar onverschillig begaan, alsof hij over verre en diepzinnige dingen mijmerde. Hij doodde beren met messteken, stieren met den bijl, everzwijnen met de werpspies, en eenmaal zelfs heeft hij met een stok, zijn laatstovergebleven wapen, een grooten troep wolven van zich afgeslagen, die lijken verslonden aan den voet van een galg.
Midden in een hartstocht-opwelling viel soms een ijzige kilte op hem neer... hij bezon zich en dacht dan koel, plotseling een ander mensch, aan allerlei dingen.... En hoe kwam dat nu toch in hem.... waarom moest hij nu zoo vreemd-koel denken?... zoo mijmerde hij dan, al het andere dáárvoor vergeten... maar hij wist het niet, en een vreemde schaamte kwam in hem, die toch nauwelijks schaamte was, en hoe hij ook wroette, hij kende niet, hij vond niet de oorzaak van dat alles.... Dan ontwaakte hij, zag iemand, die hem uitlachte, en werd dan eerst recht beschaamd en verward.
Hier ben ik nog liever dan aan mijn deur ... hier denk ik niet aan speeken ... ik denk aan mijn jonge jaren, want ik ben ook een boerken uit den Polder... Hier ben ik nog beter gezind dan thuis... Ja, het buitenleven, mijmerde Snepvangers, in een opwelling van oude herinneringen.
Het deed den grijsaard huiveren van ontroering, want hij herinnerde zich de voorspelling van den zigeuner; en de oude moeder mijmerde over de woorden van den heremiet, overtuigd, dat deze aardsche glorie van haar zoon slechts een opgang was naar eeuwige heerlijkheden; beiden bleven ze star van verwondering daar zitten in den schijn van den luchter, die de tafel verlichtte.
Juffrouw Henriëtte, die heel den tijd naar het roode scherm van het licht had zitten kijken, keek niet op, mijmerde voort, zonder pinken en zonder aandacht. Ineens, daar mijnheer du Bessy met zijne wuivende hand guitachtig hare blikken brak, schrok ze, wimperde snel, bracht hare bange vuisten op hare bloote borst en: Hemel! fluisterde ze angstig, ze is geheel zinneloos.
Laten wij het, in eendrachtig overleg, weer opzoeken. Ja .... mijmerde Vere angstig. Ja. We kennen malkander. We moeten vooraf goed aannemen, dat we ons wel tot iets willen "ontwikkelen," maar dat we niets "afnemen" van wat we zijn. Het is goed dat we bepalen: Zóo ben ik, en zoo zijt gij .... Dat zijn de onveranderlijke gegevens van het problema.
Het was heerlijk Septemberweer en de hemel zat doorweven met klare sterren. De najaarskoelte klom amper door de straten. Het kanon donderde in de verte. Snepvangers mijmerde!... Er werd fel gevochten... Wat vreeselijke dingen... Hij had weer talrijke autos zien rijden, soldaten... en burgerwachten zien door de stad trekken, menschen van het Rood Kruis ontmoet in de straten vol roerlooze vlaggen.
"Thans," mijmerde hij binst de koffie, "bezit ik nog twee en twintig en een halve cent, en ik weet waarlijk niet wat ik ermee zal doen." En, voor hij naar het Klooster der Miniemenstraat toog, dronk hij ermee een grooten druppel cognac, want zijn moederken had hij, ik weet niet hoe, geheel en al vergeten. Hij vatte beslist de koperen schelknop.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek