Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 16 mei 2025


Gisteren heb ik 't al geprobeerd, Mevrouw, maar ik kon den slaap niet vatten; 't is altijd zoo druk aan dek, je hoort er allerlei geluiden, ze loopen voortdurend heen en weer en ...

Zou ze weten, wat ze in je weggooit? dacht zij. Wat zou ze doen, als ze je zoo zag.... Zou ze slecht zijn, dat ze je kan mishandelen? Is ze je niet waard, mijn Otto, mijn broêr? Of is ze alleen maar ongelukkig, zooals wij? Mevrouw Van Erlevoort kwam binnen met Frédérique. Mathilde beurde zijn hoofd op. Daar is mama! sprak zij eenvoudig, als wilde zij hem niet houden, nu een moeder hem eischte.

Weldon op, "mag men hopen dat de bemanning van dit vaartuig opgenomen is door hen die het aangezeild hebben." "'t Is te hopen, mevrouw Weldon," antwoordde kapitein Hull, "of de equipage moet zich, na de botsing met zijn eigen sloepen gered hebben, als het aanzeilende schip althans zijn koers vervolgd heeft 'tgeen helaas! somtijds gebeurt!" "Hoe is 't mogelijk!

Zij wachtte eenige oogenblikken met angst op hetgeen mevrouw Van Valburg haar zeggen zou, en kreeg eindelijk tot antwoord: "Ik ben niet gewoon geld te leenen om ondankbaren te maken. Hadde uw man zoo lang niet ledig geloopen, zoo zoudt gij niet in dezen toestand zijn. Hoop dus niet, dat ik mijn geld besteden zal om de luiaardij aan te moedigen.

"Piet 'k val flauw," hakkelde mevrouw met akelig-draaiende oogballen. "Dat zul je laten daar is de machine niet op berekend!", schreeuwde meneer. "Ma blijf in godsnaam kordaat we kùnnen niet in 't huis, zoolang ze spuit I probeeren!", riep Amélie gejaagd. "Trappen! Trappen!", kommandeerde meneer.

De beweegreden was te algemeen om verwondering te wekken; maar de gebezigde middelen, al beantwoordden zij dan ook aan het doel, door zijn meerderheid te bewijzen op het punt van onhebbelijk gedrag, konden bezwaarlijk in iemand, behalve zijn vrouw, genegenheid voor hem wekken. "Lieve Juffrouw Dashwood," begon Mevrouw Palmer iets later, "ik heb aan u en uw zuster een groote gunst te vragen.

Mevrouw de barones bad heel mooi, zooals alles mooi was wat zij deed, de fijne, witte handen boven het hoekje van haar servet gevouwen, het hoofd een beetje scheef geheld, de oogen neergeslagen.

Hij liep gebogen als een uitgeteerde stumpert en verborg zijn zeis in de plooien van zijn mantel, terwijl uilen en vleermuizen om hem heen fladderden. Dien nacht hoorde mevrouw Uggla, die wakker lag, dat er aan 't venster geklopt werd, en zij ging overeind in het bed zitten en vroeg: "wie klopt daar?" En de ouden vertellen, dat de Dood haar antwoordde: "'t is de Dood, die aanklopt."

"Bewoont u dit gedeelte der provincie, mijnheer Harris?" vroeg Mevr. Weldon. "Neen, mevrouw Weldon," antwoordde Harris, "ik woon in het Zuiden op de Chiliaansche grens, maar, op dit oogenblik ga ik naar Atacama, in het noord-oosten." "Zijn we dan hier op den rand van de woestijn van dien naam?" vroeg Dick Sand.

"Goed", zeide Schaunard, "dan krijgt hij ook geen koffie, niet waar mevrouw?" "Dat is waar ook, Mimi," zeide Rodolphe, "presenteer de koffie eens."

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek