Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 mei 2025
"Indien iemand gerechtigd is, om zig te verzetten tegen zeker gedaan verzoek, om de vryheid te bekomen voor een kind, behoorende tot het geslacht der Quarterons, genaamd JOHN STEDMAN, zoon van den Capitain STEDMAN, kan dezelve zig aanmelden tot den 1sten January 1777.". Zoo dra ik dit bericht gelezen had, liep ik naar den heer PALMER, om hem dit nieuws mede te deelen.
Hij kwam en onderzocht de patiënte; en hoewel hij Elinor poogde te bemoedigen door de verzekering dat haar zuster binnen eenige dagen hersteld zou kunnen zijn, liet hij zich toch het woord "besmetting" ontvallen, waardoor Mevrouw Palmer dadelijk zeer bezorgd over haar kindje werd.
Des anderen daags morgens vervolgden wy onze reize, en ik nam afscheid van den heer PALMER. Ik bragt den avond en den nacht van den 17den met den Capiten MACNEYL door; en den 18den, liet onze kleine vloot, bestaande uit myne vaartuigen, en de genen, die van Maagdenberg en de Cottica kwamen, het anker vallen op de rheede van Paramaribo, alwaar het krygsvolk, het welk onder myn bevel stond, oogenblikkelyk aan boord ging van de Transport-schepen, die ons aldaar reeds wagtten.
Marianne bewaarde een strak stilzwijgen, hoewel men aan haar gezicht kon zien, hoe zeer zij belangstelde in 't geen gezegd werd. "Is het zoo leelijk?" ging Mevrouw Palmer voort; "dan is het zeker een ander buitengoed, dat zoo mooi was, denk ik." Toen zij in de eetkamer aan tafel zaten, merkte Sir John tot zijn spijt op, dat ze maar met hun achten waren.
Hier kwam Mevrouw Jennings' goedigheid hun allen buitengewoon te pas; want om den Kolonel nu weg te zenden, terwijl zijn lieve vriendin zoo bezorgd was over hare zuster, zou hen allebei, dacht zij, van allen troost berooven; dus vertelde zij hem maar dadelijk, dat zij zelve hem hier te Cleveland volstrekt noodig had; dat hij 's avonds haar partijtje piquet met haar moest spelen, als Elinor boven bleef bij haar zuster, en zoo meer; en zoo dringend verzocht zij hem te blijven, dat hij, die zijn eigen liefsten hartewensch vervulde, wanneer hij toegaf, zich zelfs in schijn niet lang tegen haar verlangen kon verzetten; temeer daar Mevrouw Jennings' verzoek ijverig werd ondersteund door den Heer Palmer, die verlichting scheen te vinden in het besef, dat hij iemand achterliet, zoo uitnemend geschikt om Juffrouw Dashwood in geval van nood met raad en daad bij te staan.
Maar eigenlijk vind ik u haast niet minder mooi dan haar; want ik vind u allebei snoezig; en dat vindt Mijnheer Palmer ook, al konden we hem er gisteravond niet toe krijgen, het toe te geven." Mevrouw Palmer's inlichtingen omtrent Willoughby waren niet bepaald waardevol; maar elk getuigenis te zijnen gunste, hoe gering ook, deed Elinor genoegen.
Zij begon met de vraag, of de Heer Willoughby bij hen wel eens te Cleveland kwam op bezoek, en of zij goede bekenden van hem waren. "O ja zeker; ik ken hem héél goed," antwoordde Mevrouw Palmer. "Niet dat ik hem ooit heb gesproken; maar in de stad zag ik hem overal. Hoe 't zoo kwam weet ik niet; maar ik logeerde toevallig nooit te Barton, als hij te Allenham was.
Verder toonde Mevrouw Palmer haar meegevoel, door alle bijzonderheden uit te visschen, die ze kon te weten komen omtrent het aanstaande huwelijk, en die aan Elinor mee te deelen. Al spoedig wist ze bij welken rijtuigmaker het nieuwe rijtuig was besteld; door welken schilder het portret van den Heer Willoughby werd vervaardigd, en in welken winkel Juffrouw Grey's trousseau was uitgestald.
Het was werkelijk onmogelijk, zich iemand voor te stellen, meer onverzettelijk in haar goed humeur en onwankelbare vroolijkheid, dan Mevrouw Palmer. De met opzet ten toon gespreide onverschilligheid, lompheid en ontevredenheid van haar man hinderden haar volstrekt niet, en als hij haar berispte of onaangenaamheden zei, vond zij dat uiterst vermakelijk.
Want Mijnheer Palmer reist overal in de buurt rond, om stemmen te winnen tegen de verkiezingen, en dan komen er zooveel menschen dineeren, die ik in 't geheel niet ken; dat is alleraardigst. Maar het is voor hem wel héél vermoeiend, die arme jongen, want hij moet zich dan wel aangenaam maken bij iedereen."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek