Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 mei 2025
Mevrouw Palmer daarentegen, die door de natuur was begiftigd met een aanleg om in alle omstandigheden beleefd en verheugd te zijn, zat nog niet op haar stoel of zij barstte los in uitroepen van bewondering over de kamer en al wat zich erin bevond. "O, wat een verrukkelijke kamer is dit! Ik heb nooit zoo iets beeldigs gezien!
"O neen; maar als mama er niets tegen had gehad, dan geloof ik stellig, dat hij dolgraag had gewild. Hij had mij toen nog maar een paar maal gezien; want ik was nog niet van de kostschool thuisgekomen. Maar ik ben veel gelukkiger, zooals 't nu is. Mijnheer Palmer is juist de soort van man, die bij mij past."
Mevrouw Jennings praatte intusschen door, zoo hard ze maar kon, en ging voort met haar verslag van hun verrassing den vorigen avond, bij 't zien van haar kinderen, zonder ophouden, tot het verhaal was uitverteld. Mevrouw Palmer lachte hartelijk bij de herinnering aan aller verbazing, en allen verhaalden, tot twee of driemaal toe, dat het een alleraardigste verrassing was geweest.
Twee dagen verliepen na het vertrek van den Heer Palmer, en haar toestand bleef nagenoeg dezelfde. De Heer Harris die elken dag kwam, sprak nog steeds vol vertrouwen van een spoedig herstel, en Elinor bleef ook hoopvol gestemd; doch de anderen waren veel minder optimistisch in hunne verwachtingen.
Zij had nergens pleizier in; verlangde alleen maar, weer naar huis te gaan, en kon slechts met moeite haar ergernis bedwingen over het getreuzel van Mevrouw Palmer, die al wat mooi, duur en nieuw was, onmiddellijk in het oog kreeg, in haar opgewondenheid alles wilde koopen, nooit een keus kon doen, en in verrukte weifelmoedigheid haar tijd verbeuzelde.
Ook in andere tusschenspelen, inzonderheid in "De vier P's", the Four P's, waarschijnlijk omstreeks 1530 geschreven, dat zijn beste stuk mag gerekend worden en een dispuut bevat tusschen een aflaatkramer, Pardoner, een pelgrim, Palmer, een apotheker, Poticary, en een marskramer, Pedlar, munt hij uit door geest, bijtende scherts, levendigheid en kracht van uitdrukking, zoodat dit stuk een waardig voorlooper mag gerekend worden van het blijspel.
Toen Lady Middleton opstond om heen te gaan, deed de Heer Palmer eveneens, legde de courant neer, rekte zich eens uit en keek allen beurtelings aan. "Heb je een dutje gedaan, schat?" zei zijn vrouw lachend. Hij gaf haar geen antwoord, en zei alleen, na het vertrek nog eens te hebben opgenomen, dat het erg laag van verdieping en dat de zoldering scheef liep.
Mevrouw Palmer deed van haar kant, in haar onveranderlijke en welgezinde opgeruimdheid, al wat zij kon, om hen te doen gevoelen, dat zij hier welkom waren.
"Neen mijnheer," zeide zij vastberaden; "ik blijf hier niet. U kunt om mij niet gekomen zijn. De bedienden hebben zeker vergeten u te zeggen, dat de Heer Palmer niet thuis is." "Al hadden ze mij verteld," riep hij heftig, "dat de Heer Palmer en zijn geheele familie naar den duivel waren, dan zou mij dat niet hebben bewogen, heen te gaan! Ik kom hier om u te spreken, u alleen."
Ik wou hebben dat ze van morgen zou thuis blijven en rusten; maar ze wou volstrekt mee; ze verlangde zoo, jelui allen te zien!" Mevrouw Palmer lachte, en zei dat het haar geen kwaad zou doen. "Ze verwacht in Februari haar bevalling," ging Mevrouw Jennings voort.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek