Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 juni 2025


"Deze vent wilde binnendringen," riepen de dienaars, "ofschoon wij last van u hadden, hem weg te jagen, wanneer hij zich weder vertoonde." "En ik, arme ziel! die met den twist niets te maken had," riep Mechtelt, "en er een paar woordjes van vrede wou tusschen spreken, ik zie mij aanvliegen door dat ongure beest! O wee! mijn arme kapsel!"

"Dit huis verlaten!" herhaalde Mechtelt, die bleek ware geworden indien de grauwe tint van haar gelaat voor eenige verandering ware vatbaar geweest: "heden mijn tijd, engeltje! hoe komt gij aan die dwaze gedachte? En waar zou een schoon kind als gij tegenwoordig heen?

Reinout, voor wien dit voorval niets belangwekkends had, keerde naar zijn vertrek terug: Daamke volgde den Bisschop: de dienaars gingen lachende naar de keuken terug, en Mechtelt, zich dus verlaten ziende, begon haar gemoed lucht te geven tegen den onbekende, die nog altijd als een paal tegen de voordeur stond.

Beide de vrouwen traden op zijn verschijning onthutst terug: Mechtelt, omdat zij vreesde, dat hij haar handelwijze haar kwalijk mocht afnemen, en dat zij niet gaarne een plaats verliezen zoude, waar zij goed loon en goed eten kreeg: en Madzy, omdat zij op een oogenblik verrast werd, waarin het den schijn had, als ware zij handgemeen met haar bewaakster, een bezigheid, weinig overeenkomstig met haar stand en geboorte.

Is Juffer Mechtelt geen vrouw van genoegzame ondervinding om vertrouwen te ontvangen en raad te geven? Ho! ho! schatje! ik heb zoo menige jongedochter met mijn beetje ervaring bijgestaan: en zij hebben zich er altijd wel bij bevonden, dat hebben zij.

"Hoe!" zeide Madzy, verwonderd en verontrust: "Nooit dulden! wat meenen deze woorden? Ik veronderstel toch, dat ik mijn eigene meesteresse ben en hier niet langer zal behoeven te blijven dan mij goeddunkt." De lippen van Mechtelt vertrokken zich bij dit gezegde tot iets, dat een glimlach beteekenen moest: "och mijn hartje!" zeide zij: "gij kunt er niets van meenen.

Deze laatste woorden schenen den vreemdeling uit zijn onverschilligheid op te wekken: en zijn breede hand op den schouder van Mechtelt leggende: "wat praat gij van Friesche kwikstaarten?" vroeg hij: "houdt dat heer er Friesche kwikstaarten op na?" "De man die daar is binnengegaan," antwoordde Mechtelt met een hoonenden lach: "Aha! Heer Otto! of hoe gij u ook mocht verkiezen te noemen!

Madzy zag verlegen op en was zelfs op het punt om de waakster terug te roepen; want sedert haar komst te Utrecht had zij haar gastheer nooit anders als in tegenwoordigheid van Mechtelt ontvangen: en hoe verachtelijk dit schepsel ook ware, haar bijzijn gaf echter eenigen meerderen schijn van welvoeglijkheid aan zijn bezoeken: maar de afschuw, welke de taal, zooeven uit haar mond vernomen, in de reine ziel der Jonkvrouw verwekt had, was oorzaak, dat deze haar voornemen varen liet en zelfs zich verlicht voelde in haar afwezigheid.

Bij Sint-Maarten! zij had minder gewaagd met de Domkerk in brand te steken, dan met u de minste beleediging aan te doen." "Wie zou zulk een lief schepseltje beleedigen?" zeide Mechtelt: "Lieve Maagd! ik dacht dat alles voor het beste ware, dat dacht ik.

"Hoe nu!" zeide Arkel, terwijl hij verbaasd staan bleef: "de wangen van onze lieve zieke gloeien, alsof zij van nieuw af de koorts had gekregen! En het oog van Juffer Mechtelt flikkert als een nachtlamp die uitgaat! Heeft hier een twist plaats gehad? Ik wil niet hopen, Freule, dat deze vrouw zich onbetamelijk tegen u gedragen heeft.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek