Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 3 oktober 2025


"'t Is een vrijbuiter!" zei ik zoo tegen Don Ricardo, terwijl ik met de lont in de hand stond. Hij knikte van ja, en wees meteen op een rooden lap, die op het roofschip in top werd gehaald. Toen liet hijzelf de koningsvlag van Spanje waaien, en dadelijk bij den wind stekende, vertoonde ons vaartuig de bakboordzij aan den roover.

»Goed," sprak Marten, die op het voorbankje gezeten, half over de plecht hing met het vuurroer in de hand en de brandende lont naast zich. Scherp tuurde hij voor zich uit, of er ook onraad dreigde. Anna hield intusschen het roer. Zij had vroeger dikwijls gevaren en kon roeien en sturen als de beste.

Met een sabel in de eene en een lont in de andere hand, »trad hij onder de Maets, dreygende hun alle, in geval sij nu niet vromelijck vochten, in de Lucht te doen springen, luidkeels roepende: Schept moed, mijn kinders, schept moed.

Nadat hij mij verschooning had gevraagd voor de vrijheid die hij nam, naast mij te gaan rusten, legde don José zich voor de deur neer; te voren had hij de lont vernieuwd op zijn geweer, dat hij onder den knapzak stak, die hem tot oorkussen diende. Vijf minuten nadat wij elkander goeden nacht hadden gewenscht, waren wij beiden in diepe rust.

Als dat gedaan was, moest ik mij bij mijne makkers voegen op het vlot, dat niet ontladen was; dan zouden wij van wal steken om de gevaren der ontploffing te ontwijken, welker uitwerkselen zich wellicht niet tot het inwendige der vaste massa zouden bepalen. De lont moest naar onze berekening tien minuten branden, alvorens het vuur de kruitkamer kon bereiken.

Juist had de opzichter tot mij gezegd: "Ik geloof niet, dat de kerels vannacht komen zullen; zij hebben zeker op de een of andere manier lont geroken," toen plotseling, vlak voor ons een donkere gedaante van den grond opdook, die ons zacht toefluisterde: "Zij komen, mijnheer Arendt! Een heele hoop, hoor!"

Weinige minuten, nadat wij de fregatten voorbij waren, kwamen wij er dicht bij; onze giek sleepten wij achteraan, met drie man er in een bij de vanglijn, klaar om die los te gooien, een om te sturen, en de derde om het water uit te hoozen, dat er door de snelle vaart al te willig instroomde. De officier hield op het vaartuig den helmstok, en ik was belast met de lont.

Zijn groote mast was al over boord geslagen en zijn schip van alle kanten lek geschoten; vele van zijne matrozen waren reeds gesneuveld en aan ontzet viel er niet te denken. Hierop liet hij de overgeblevenen bij elkander komen en vroeg hun wat ze liever wilden, door den Spanjool gevangen genomen worden, of de lont in het buskruit steken.

Een weinig vóór middernacht sprak Uncle Prudent: "Het is tijd!" Onder de kooien der hut was eene lade. In een dier laden legde Uncle Prudent de dynamietpatroon, welke aan haar ontstekingsmiddel bevestigd was. In die lade kon de lont branden, zonder zich door hare lucht of door haar knetteren te verraden.

En een oogenblik later zagen zij een kleinen vonk, ongetwijfeld van een lont. Zeker hadden de mannen ook het naderen van een vaartuig opgemerkt en stonden zij gereed, om zich zoo noodig te verdedigen. »Wie daar?" werd er geroepen. Maar ons drietal gaf geen antwoord. Alleen Kees liet een dof gegrom hooren. Zij vernamen het geklots van riemen, en nogmaals klonk de vraag: »Wie daar?"

Woord Van De Dag

arasbesken

Anderen Op Zoek