Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 juni 2025


»Langer dan een dag zou ik het in Johannesburg niet uithouden," zeide hij. »De vrije lucht van het open veld, die wil ik ademen, zoolang ik leef!" Toen staarde hij Lena weer aan. »Mijn veldbloemke," zeide hij, terwijl zijn oude handen liefkoozend heengingen over haar dicht, gitzwart haar, »mijn lief veldbloemke!" Maar Lena kon zich thans niet meer goed houden.

Haar oogen schitteren, terwijl zij dit zeide, en een hooge blos van toorn en verontwaardiging kleurde haar wangen. Doch Marling was kalmer geworden, en zeide bedaard: »Ik houd Cecil Rhodes, voor een eerlijk, rechtschapen man, en hij staat buiten de Johannesburger beweging." »Gave God, dat het waar was!" zuchtte Lena.

Zij hief den door tranen omfloersden blik tot hem op. »Mijn vaderland is Engeland," zeide hij bijna plechtig, »doch met de revolutie, die hier staat uit te barsten, heb ik geen gemeenschap! En komt het tot een burgeroorlog, Lena, dan zal ik mij om de eer van Oud-Engeland scharen onder de gelederen der Transvaalsche Boeren!"

Het is een liefelijke avond; de drukkende hitte wordt getemperd door een frissche koelte. Als sterren blinken de bloemen op het landschap, dat twee dagen geleden door milde regenstroomen is verkwikt, en nauwlijks beweegt zich het loover der opgaande boomen langs den heirweg. »Wat schoone avond!" zegt Charles, als uit een gepeins ontwakend. »Schoon," zegt Lena, »wonderschoon!

Zij smeekt haar vader, terug naar de Kempen te keeren, voelend hoe dit land haar bindt. Ontknooping is een toevallig wederzien van Jan, die zijn dorp en later het seminarie verliet, en bedelend rondloopt in de stad. Daar hielden Lena en haar vader stil. Zij hoorden op een avond zijn lied klagen aan het venster.

Middernacht is nu voorbij. Het is een liefelijke, heldere zomernacht, en sterke afdeelingen Boeren staan gereed, om te vertrekken. Ook Marling en Lena, die eenige dagen in het kamp hebben doorgebracht, staan gereed om te vertrekken. Zij staan buiten het lager, op een golving van het terrein. Achter hen staan hun paarden, getuigd en gezadeld, vastgehouden door een paar Kafferbedienden.

Het valt Jan Kloppers, zijn zoon op, dat hij zoo moeilijk van het paard komt, maar de grijsaard glimlacht even en zegt: »Het afstijgen gaat toch zoo vlug niet meer als zestig jaar geleden." »Nu Lena," gaat hij voort, »wij gaan vertrekken, dochterke! Het ga u goed! En u ook Charles!" Hij zegt deze eenvoudige woorden op zoo'n bizonderen, teederen toon.

Hij wendde zich naar de woning, doch het jonge paar wandelde langzaam naar den hoogen heuvel, vanwaar men een ruim vergezicht had. Reeds was het licht der morgenzon onderschept door een groote, grillig gevormde wolk, en in het westen, boven de bergen, pakten zich nu donkere wolkgevaarten samen. Peinzend staarde Lena het westen in.

»Breken?" antwoordde Lena, en het scheen, alsof in haar schrandere oogen een weerschijn viel van de wijsheid die haar grootvader, de grijze Dirk Kloppers, bezat, »breken? Neen, niet breken, doch uit de windselen van die patriarchale toestanden langzaam uitgroeien dat is beter."

Aan den muur hing een groot portret van Cecil Rhodes. Hij nam het portret en scheurde het in flarden. Toen ging hij de gang door naar de huiskamer. Er brandde een klein licht. Alles was stil. Hij begaf zich naar boven, naar de slaapkamer. Voorzichtig trad hij binnen, om den kleinen Albert niet te wekken. Lena stond bij het kleine ledikant, met den rug naar de deur gekeerd.

Woord Van De Dag

zelenika

Anderen Op Zoek