United States or Morocco ? Vote for the TOP Country of the Week !


Terwijl hij dit woord tot zichzelven sprak, schitterde het oog van den vrouwenbewaker van eene duivelsche vreugde. Hij spoedde zich nu voort. Aan de groote trap ontmoette hij den eunuch Neriglissar, die als oppertuinman op de hangende tuinen woonde. »Hoe staat het met de blauwe lelie?" vroeg hij dezen.

Mijn zeisen maait nu eens den draad van hun ellenden, Ik zal nu 't wankel rad van mijn beproeving wenden, Nu zult gij zien wiens hand den Farao ontrukt Mijn lelie, die zoo lang de doornen heeft gedrukt! Gaat, boodschapt Farao, wie dat u is verschenen; De weg is al bereid, dus trekt met vreden henen. Ik ben een sterflijk mensch, ik ken mij veel te zwak.

Haar beminde gehoorzaamt mijn wenk, de oude trap is toegankelijk, Nitetis heeft op dezen feestdag bitter geweend, de blauwe lelie bloeit morgen nacht; ja, ja, mijn plannetje moet gelukken! Schoon Egyptisch katje, uwe fluweelen voetjes zullen morgen in den vossenklem blijven zitten, dien de arme, verachte Boges, die u niets mag bevelen, heeft opgezet."

Heil de blauwe Leeuw!" Uit het midden dezer scharen ging een witte Standaard op, in welkers wentelende vouwen een klimmende leeuw met blauwe zijde gewrocht was. Dit was het grote vaandel der stad Brugge, dat zo lang voor de Lelie had moeten wijken.

Windekind zat naast hem op de vensterbank en liet de klokjes van een lelie van dalen aan den slanken stengel wiegelen. 'Zijt gij daar eindelijk! Ik heb zoo naar u verlangd! zeide Johannes. 'Ga met mij mede, Johannes, wij zullen uw sleuteltje gaan begraven. 'Ik kan niet, zuchtte Johannes droevig.

Uw dochter Antonnettetje is wel bewaard, Want zij speelt er achter in den boomgaard. De vader reed den boomgaard wel driemaal rond, Om te zien of hij Antonnettetje niet en vond. Op d'eerste lelie stond er geschreven, Als dat haar stiefmoeder haar hadde verkocht. Op de tweede lelie stond er geschreven, Als dat de zeven knechten haar hadden geslegen.

Denkt u, dat wij niet weten, waarom de Echo gaarne stukken van ons plaatst, al zijn we nog zóó onnoozel? 't Is een mooie reclame voor het blad. De Hollandsche Lelie stelde mij hare kolommen ter beschikking, en de vorige directrice verzocht keer op keer brieven van me te mogen plaatsen; waarom? Voor de reclame!

Haar geheele gelaat was één geheel van schoone vormen en lijnen. Hij dacht aan de wenkbrauwen, scherp en fijn geteekend, als de honingweg in de lelie, aan de kloeke gebogen lijnen van de neus, aan de lippen, licht gekruld als kleine golfjes, aan 't ovaal der wangen en aan den uitgezocht fijnen vorm der kin.

Maria! uw hart is zoo rein en zoo goed, Den dauwdrop gelijk, die daar glinstert in 't veld. Gij die aan 't doornloos bloempje ons denken doet, En zonder dat ge 't u ten taak hebt gesteld. De lelie schenk ik u dus tot beeldnis, Die als zij zich 's morgens ontsluit, Der geheele schepping tot vreugde is, Uit wier geur niets dan liefde ontspruit.

"Waarom breekt gij uwe belofte?" "Ik zal ongelukkig zijn, geheel mijn leven!" "Met Placida Van Woumen? Is zij niet schoon genoeg?" "Schoon als eene lelie is zij, heer oom." "En rijk en edel geboren?" "Ik zal ze nooit kunnen beminnen. Dit huwelijk boezemt mij schrik en afkeer in." "Waarom toch?" Robrecht aarzelde om de bekentenis, die hem op de lippen zweefde, uit te spreken.