Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 23 juni 2025
"Maar hebt gij inderdaad gezien dat kom aan, Cassy, wat is er dan? Spreek op." "Gij kunt zelf daar gaan slapen, als gij het weten wilt," antwoordde Cassy. "Kwam het van de vliering, Cassy?" "Het wat?" "Daar gij van spreekt." "Ik heb u niets verteld," zeide Cassy met koppige stroefheid. Legree stapte onrustig de kamer op en neer. "Ik wil dat onderzocht hebben," zeide hij.
Nu alles rijp was om te handelen, zouden onze lezers zeker wel gaarne eens achter de schermen willen zien, en getuigen wezen van den laatsten coup d'état. Het was bijna avond. Legree was afwezig op een rijtoertje naar eene naburige hoeve. Vele dagen lang was Cassy bijzonder vriendelijk geluimd geweest, en alles scheen tusschen haar en Legree te zijn bijgelegd.
De mand van Tom werd gewogen en goedgekeurd, en hij bleef angstig staan kijken, hoe het zou gaan met de vrouw die hij geholpen had. Waggelende van zwakheid kwam zij aan en zette haar mand neer. Deze had het volle gewicht, gelijk Legree nu wel zag; maar zich vergramd veinzende, zeide hij: "Wat, gij lui beest, alweer te kort? Ga daar op zijde, gij zult spoedig wat krijgen."
Cassy had daarop met trotsche minachting verklaard dat zij naar het veld wilde gaan; en nu had zij, gelijk wij beschreven hebben, een dag daar gewerkt, om te toonen hoe volkomen zij die bedreiging verachtte. Legree was dien geheelen dag heimelijk ongerust geweest, want Cassy bezat een invloed op hem, waarvan hij zich niet kon bevrijden.
Legree ging naar een ruim voorhuis, waarin de trap uitkwam, die eens een prachtige wenteltrap was geweest; maar thans was alles vervallen van vuil en overal stonden oude kisten en andere afzichtelijke dingen in den weg. De trap scheen in de duisternis op te stijgen men kon niet weten waarheen.
Iets in het binnenste van den zwarten man antwoordde: "Neen!" en alsof de stem van een onzichtbaar wezen sprak, hoorde hij de woorden van een ouden profeet, welke Eva hem zoo dikwijls voorgelezen had: "Vrees niet, want Ik heb u verlost; Ik heb u bij uwen naam geroepen, gij zijt de mijne." Doch Simon Legree hoorde geen stem. Die stem is eene, welke hij nooit zal hooren.
Legree verbrandde zoowel den brief als het haar, en toen hij beide in de vlam zag sissen en knetteren, deed de gedachte aan het eeuwige vuur hem sidderen.
Ik wil mij aan de Heere vasthouden en zijne geboden boven alles stellen, hetzij ik leve of sterve, daarvan kunt gij zeker zijn. Meester Legree, ik ben geen zier bevreesd om te sterven. Ik zou zelfs liever sterven. Gij moogt mij geeselen, mij uithongeren, mij verbranden dat zal mij maar te spoediger brengen waar ik verlang te zijn."
Dat is iets waaraan ik niet gewoon ben ik heb het nog nooit gedaan en ik kan het ook niet doen, het is mij onmogelijk." "Gij hebt kans om nog een aantal dingen te moeten leeren, waarvan gij nog nooit geweten hebt, eer ik met u gedaan heb," zei Legree, en een lederen zweep opnemende, gaf hij Tom een fellen striem over de wang, gevolgd door een hagelbui van slagen, waar hij maar kon raken.
Iedereen merkte de verandering in zijn voorkomen op. Hij scheen zijne opgeruimdheid en vlugheid terug te krijgen, en eene kalmte te bezitten, die door geene beleediging of mishandeling kon gestoord worden. "Wat duivel zit er in Tom?" zeide Legree tot Sambo. "Eene maand geleden was hij geheel melancholiek, en nu is hij zoo vroolijk als een krekel." "Weet niet, meester. Misschien wil hij wegloopen."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek