Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juli 2025
Ondertusschen bekeek een landman met een groote salakot op en een groote pleister aan zijn hals het lijk en het touw. Het gelaat was niet lijkkleuriger dan de rest van 't lichaam; boven de plek waar 't touw gebonden was, zag men twee schrammen en twee blauwe striempjes; de schrijning van 't koord was wit en vertoonde geen bloed.
En het schijnt wel, alsof dat koren geen andere bestemming had, dan om dien akker met golvend goud te overdekken en weelde te tooveren in de natuur. En toch, dat was slechts schijn. Zie maar, eindelijk speurt het kennersoog van den landman, dat het graan nu in de airen geheel gerijpt is. En hij neemt den wind en het getijde waar, of er op droogte in den dampkring te rekenen valt.
In strenge winters zien de Geelgorsen zich genoodzaakt om bij den mensch om voedsel te komen bedelen; zij komen dan in grooten getale, dikwijls als welkome of althans gedulde gasten, op het erf van den landman, vooral bij stallen, op mesthoopen enz., in gezelschap van Musschen en andere Vogels; in het volgende voorjaar keeren zij echter naar hare vroegere woonplaatsen terug.
Nou Mevrouw! zoo as 'ezeid is; morgenavond kom ik toch hier met de vrouw om de kermis te zien, in dat geval zal ik de koeien Maandagavond of Dinsdag-ochtend hier bezurgen." "In dat geval zal ik ze hier verwachten," zeide Tante: en de landman wandelde na herhaalde groete het hek uit, terwijl wij den terugtocht aannamen, daar de bengel reeds voor den eten luidde.
Het schijnt, dat de Geuzen aan deze kanten nog al talrijk waren in de XVIe eeuw. De gebroeders VAN CAMPENE teekenden althans aan, «dat die van Bracle, Neerbracle en daer omtrent» naar Geeraardsbergen togen, om verder «het klooster van Beauprees» te plunderen, en dat zij overal den landman «veel molest deden.»
Waarom, eerzame landman, hebt gij het vorige jaar zoovele kraaien en raven gedood? Koop u nu kruit en lood, maak uw geweer schoon, zet uwe vallen gereed en zorg, dat uwe trage honden trouw waken, want de opossum nadert, de strooper is op weg. Hoort gij de kreten van uwe kippen? Eéne der beste is door den sluwen dief medegenomen.
Wat vreest gij? vroeg Uilenspiegel, toch niet de zonne, die op ons schijnt en u teenenmale in 't goud zet? Sla uwe oogen niet neder. Zie in de mijne, welk heerlijk vuur er brandt. Luister, liefste mijne; 't is het stille middaguur, de landman keert huiswaarts; hij leeft van brood; maar wij, laat ons van liefde leven! Duizend jaren lang zou ik aan uwe voeten willen doorbrengen.
Dan zal de landman, 't herte groot van dankbaarheid, om 't daaglijksch brood dat hij mocht winnen, den ouden arbeid, zwart en zwaar, zoo dit, zoo 't naaste en 't naaste jaar weêr herbeginnen. VOETNOOT: 1 Kiemen. Slaapt gij nog, gedaagde kruinen van de onzochte doorentuinen? slaapt gij nog, en weet gij niet dat de ontwekte zonne u ziet?
Maar meer mag men niet spreken, opdat de vogels het niet merken. Intusschen schiet het graan welig op. Het is voor den landman een heilige tijd, een tijd van bange zorg en blijde hoop, als de velden zich steeds rijker bekleeden met den zegen des hemels.
Wat kan den landman het gekweel der vogels schelen, van die beeldige bouquetjes van vederen, zooals Calderon ze zoo aardig noemt, als hij denkt aan den oogst, dien hij heeft gezaaid, gewied en ingehaald met zwaren, noesten arbeid! Enkel de nachtegaal en de zwaluw vinden genade in zijn oogen, maar alleen omdat ze insecten verdelgen en de insecten verderfelijk zijn voor den oogst.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek