United States or Caribbean Netherlands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ik wil zien of hij gelukkig is! zei Elze bij zichzelve. Ik zal nu toch wel wáárlijk dood zijn! Haar vader hoorde haar zwijgend aan, toen ze hem haar wensch zei, en ging even stil en rustig heen als altijd, om zijn kruiden te zoeken; maar op de tafel had hij den Bijbel opengeslagen, en een groote streep gezet onder de woorden: "Leid ons niet in verzoeking."

Maar gij zijt meer belezen, hebt meer oef'ning; Dus, doe een keus uit heel mijn boekerij, En leid uw kommer af, totdat de hemel Den gruwb'ren euveldader openbaart. Welk boek? Wat heft zij bij herhaling de armen op? MARCUS. Ik denk, zij meent, dat aan de wandaad meerd'ren Meêplichtig waren; ja zeker, meerd'ren waren 't; Of wel, zij heft ze hemelwaarts om wraak.

Thet folk hropte ho.n.sêen. Hja foron til Stavere, thêr hropton hja jeta rêis. Tha fôna wêron an top ånd thes nachtes skâton hja barnpila anda loft. Thâ dêirêd wêre rojadon svme mith en snâke to thêre hava in. Hja hropton wither ho.n. sêen. Thâ hja landa hipte-n jong kerdel wal vp. In sina handa hêdi-n skild, thêrvp was bråd ånd salt lêid.

Leid jij eens die heerschapjes naar de edele Crispina. De soldaat wees den jongens den weg, ging met hen meê, door de donkere parken. Wat is het hier somber.... zei Cecilius. Nou, het wordt nacht, zei Decius. Ja, maar het is hier wèl somber, vond Cecilianus. Met die donkere boomen. Het is hier akelig stil.... Je hoort niets, zei Cecilianus; dan je eigen passen....

De beide hoplieden zagen elkander een poos besluiteloos aan, maar gaven eindelijk hun toestemming. "'t Is wel, mijn makkers! Na den middag kunt gij hier vrij den meester komen spelen. Vaart nu wel. Peter! leid die hoplieden uit en laat den huisman binnen, die aan de poort staat."

"De graaf wil dat gij onmiddellijk voor hem verschijnt, Arnulf. Toon u onderdanig uit voorzichtigheid." "Het zij zoo, kastelein; leid mij tot den graaf, maar behoed mij voor hoon en onrecht," mompelde Arnulf, terwijl hij zijn swaard in de schede stak en, door wel vijftig Kerels gevolgd, naar de stelling vooruitstapte.

OBERON. Gij ziet wel, hoe dit paar te vechten tracht; Dus haast u, Puck, en hul ze in donkre nacht; Bedek met nevels 't lichte firmament, Zoo zwart als enkel de onderwereld kent; En leid die mededingers zoo rondom, Dat de een niet in 't bereik des andren kom.

Inplaats van mij te benijden, moet ge mij beklagen, dat ik mij zooveel moeite heb gegeven, om mijzelf ongelukkig te maken. Altijd ben ik in onrust, ik vrees ontdekt te worden en dat een eeuwigdurende gevangenschap het loon zal zijn voor al mijn werken. Daarom leid ik een zwervend leven, nu eens verkleed als priester of monnik, dan weer als edelman of boer.

Deze poort, langswaar ik de stad heb verlaten, kan ik op het uitspreken van een enkel woord doen openen, dewijl de wacht bevel heeft mij op mijnen eersten roep binnen te laten. Breng uw leger in stilte onder de wapenen; laat de paarden hier blijven, leid uwe scharen door de duisternis tot op eenigen afstand van de Kathelijnepoort.

»Ik ken het Haagsche leven nog niet, mijnheer!" was het lakonieke antwoord. »Ik leid er het leven van den vreemdeling, en dat is er zoo ongeveer hetzelfde als overal." Het was of de schilder den toeleg raadde om hem op gevaarlijk terrein te lokken, en plotseling zijne gewone gulheid met ongewone omzichtigheid verwisselde.