Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 10 mei 2025


»Welnu, Holmes," zeide Athelney Jones, »gij zijt iemand met wien men geduld moet oefenen, en wij weten allen dat gij een kenner van misdaden zijt; maar plicht blijft plicht, en ik ben eigenlijk wel wat =te= ver gegaan met te doen wat gij en uw vriend mij verzocht hebben. Het rijtuig staat nog te wachten, en daar zijn twee inspecteurs beneden. Ik ben u beiden wel verplicht voor uwen bijstand.

Jones' wèlbekende bouwkundige kennis en zijn snel waarnemingsvermogen hebben hem in staat gesteld om te bewijzen, dat de misdadigers niet door de deur of het venster konden zijn binnengekomen, maar hun weg moesten genomen hebben over het dak van het gebouw en zoo door een trapdeur naar de kamer, die in gemeenschap stond met die, waarin het lijk gevonden werd.

"Wilt ge wel gelooven, mijnheer Bingham," zeide hij, "dat ik in dit ellendig bezoldigde kerspel bijna honderd pond aan uitstaande schuld heb, honderd pond aan tienden? Daar hebt ge den ouden Jones, die bij de Bell Rock woont; die is mij drie jaar tienden schuldig vier-en-dertig pond, elf shilling en vier pence.

Jones, maar ik zal u een geschenk aanbieden, bestaande in den naam en de beschrijving van een der twee personen, die in den afgeloopen nacht in deze kamer zijn geweest. Ik heb alle reden te gelooven dat zijn naam Jonathan Small is. Hij is een arm opgevoed man, klein en onbeweeglijk; hij mist zijn rechterbeen en draagt daardoor een houten stomp, die aan de binnenzijde is afgesleten.

Athelney Jones, de wèlbekende detective, juist aan het Norwoodsche politiebureau, en was reeds binnen een half uur na het eerste alarm ter plaatse. Zijn geoefendheid, ondervinding en bekwaamheid brachten hem onmiddellijk op het spoor der misdadigers, met het gunstig resultaat dat de broeder Thaddeus Sholto reeds is gevangen genomen, evenals de huishoudster Mrs.

"Ik heb wel hoop, dat Effie het overleven zal," zeide Geoffrey lachend. "Dan blijft mijnheer Bingham zeker bij juffrouw Jones?" zeide de predikant. "Dat weet ik waarlijk niet. Wat zult ge doen, Geoffrey? De kamers bij juffrouw Jones zijn nogal duur. En zij zal zeker ook niet voor Effie kunnen zorgen. Denk eens, het arme mensch heeft zelve acht kinderen.

Wij zullen stroomafwaarts aanleggen, en het moet al zeer vreemd loopen als wij de mannen met schat en al niet in handen krijgen." »Of zij de rechte lui zijn of niet, ge hebt het netjes overlegd," zei Jones, »maar als ik de zaak in handen had, zou ik een sterke politiemacht op Jacobson's werf hebben, en hen bij hunne aankomst aldaar gevangen nemen." »Wat nimmer gebeurd zou zijn.

Zij is bij mevrouw Jones en denkt dat hij op zijn terugweg van de Belrots in den mist verdwaald is." De veldwachter ging op zijn treurige boodschap uit, en de stoet zette zich snel in beweging over het strand en het steenen pad, waarlangs de booten naar zee gesleept worden. Het dorp Bryngelly lag rechts op eenigen afstand van de kerk, die gevaarlijk en dicht bij den kant van de rots stond.

Maar waar is die oude man?" »Hier is hij," antwoordde hij, een handvol wit haar omhoog houdende; »hier is de oude man: pruik, oogharen, wenkbrauwen en al wat er bij behoort. Ik dacht wel dat ik goed vermomd was, maar ik verwachtte niet dat de vermomming deze proef zou doorstaan." »O, gij guit!" riep Jones opgetogen, »wat zoudt gij een goed acteur geworden zijn.

Maar het zou vervloekt hard zijn als ik blijde zou zijn om den dood van dien jongen Sholto, met wien ik nog nooit een kwaad woord gehad heb." »Gij zijt de gevangene van Mr. Athelney Jones van Scotland Yard. Hij brengt u naar mijne woning, en daar zal ik je om een trouw verhaal van de zaak verzoeken.

Woord Van De Dag

kiest

Anderen Op Zoek