Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 oktober 2025
Jemmy geloofde aan droomen, ofschoon niet aan den duivel, zooals ik gezegd heb. Ik voor mij denk niet, dat onze Vuurlanders veel bijgelooviger waren dan enkele zeelieden; want een oude kwartiermeester geloofde vast, dat de aanhoudende zware stormen, waarmede wij bij Kaap Hoorn moesten kampen, veroorzaakt werden door de wilden die wij aan boord hadden.
Sedert het oogenblik van ons vertrek, was door de Vuurlanders eene geregelde plundering begonnen; en telkens kwamen nieuwe benden aan. York en Jemmy verloren tal van voorwerpen, en Matthews bijna alles wat niet onder den grond verborgen was. Elk voorwerp scheen door de Vuurlanders gebroken, gescheurd en verdeeld te zijn.
"Hebt gij al iets in het oog? Ik zie nog niemendal." Hij nam de teugels van Old Shatterhand's paard, en reed met Davy en Jemmy verder. Old Shatterhand echter sloeg zijwaarts af, waar men een aantal heuvels in het gras zag liggen. Daar bevond zich een kolonie van prairie-honden zooals de Amerikaansche mormeldieren om hun keffende stem genoemd worden.
Hobble-Frank schoof zijn bowie-mes in zijn gordel en zei, om door de twee pas aangekomenen verstaan te worden natuurlijk in het Engelsch: "Nu hebben wij gegeten en de paarden zijn uitgerust, dus kunnen wij nu opbreken, om nog vóór den nacht de plaats van onze bestemming te bereiken." "Ja," merkte Jemmy aan.
"De eene heet Hobble-Frank, en dien zult gij misschien niet kennen; maar den naam der twee anderen hebt gij stellig dikwijls gehoord: den dikken Jemmy en den langen Davy." "Ja, die twee ken ik. Men heeft nooit den een zonder den ander gezien, en ik heb nooit gehoord dat zij vijanden van de Indianen zijn.
Hij had voor enkele personen aan boord eene zeer sterke genegenheid opgevat, en bezat een goed verstand. Jemmy Button was ieders gunsteling, maar óók opvliegend; de uitdrukking van zijn gezicht verried terstond zijn prikkelbare natuur. Hij was vroolijk, lachte dikwijls, en was bijzonder medelijdend jegens elk die pijn had.
Hij gaf tersluiks een wenk aan Jemmy, om voort te gaan met vragen; want hij wilde eerst dan spreken, als hij den tijd daartoe gekomen achtte. "Dat vind ik niet kwaad," antwoordde de dikke. "En waar wilt gij dan verder heen?" "Dat is nog onbepaald. Misschien naar de Greenrivier, om naar bevers te zoeken." "Daar zult gij er niet veel vinden. Dus gijlieden zijt trappers, beverjagers?" "Ja.
Als de souffleur ons ter dood veroordeelt, verdwijnen wij eensklaps als in een afgrond, maar komen aan den anderen kant van het hof-theater weder op het tooneel met geconcentreerde grandifloria." Bij die twee laatste woorden speelde er een ironiek lachje om de lippen van Jemmy, die alweer een kleine terechtwijzing op de tong had.
"Begin nu ook maar niet zooals de dikke Jemmy, die altijd in de verkeerde conterpunctie vervalt! Crassus is de ware modulatie. Als gij mijn vriend en neef wilt blijven, dan.... hé luister!" Vóór den ingang liet zich een fluitje hooren. Dat was het met de rafters afgesproken sein. De Roodhuiden bleven zitten, maar de blanken sprongen op, en snelden naar den ingang van het dal.
Jemmy was een Duitscher en Davy een Yankee; doch de laatste had in de vele jaren, die deze twee reeds bij elkander waren, zooveel Duitsch geleerd, dat hij zich ook in die taal voldoende kon uitdrukken. Even onafscheidelijk, als die twee ruiters, waren ook hun paarden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek