Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 mei 2025
Koud en duister was de maand December ingevallen; lange ijskegels hingen aan de houten gevels der huizen en in de grachten lagen de schepen vast in het ijs. De arme weduwe werd al zieker en zieker, zij had hout noch brood en in den uitersten nood dacht zij aan haar rijken broeder. «Johannes,» sprak zij tot haar zoontje, «begeef u naar oom op de Reye en zeg hem hoe diep ongelukkig wij zijn.»
De dikke, onregelmatige neus tusschen de ingevallen wangen verried een ziekelijke, onnatuurlijke magerheid; de lippen, zeer spaarzaam bedekt door een dunnen, slappen, leelijken knevel, bewogen onophoudelijk onrustig, als wilden zij nu eens deze, dan weer een andere uitdrukking aannemen.
Hij had Miss Ophelia dikwijls van een kuch hooren spreken, die al hare huismiddelen niet konden wegnemen; en zelfs op dit oogenblik gloeiden de wangen en de hand van het kind als van koortshitte; en toch was de gedachte, welke Eva's woorden opwekten, hem nog nooit ingevallen dan op dit oogenblik. Is er ooit zulk een kind geweest als Eva?
Martha had geen jeugd gekend, want toen ze nog een kind was, droeg ze Lize reeds in haar armen, paste op Benjamin, werkte den ganschen dag voor het huishouden, stond 's morgens reeds vroeg op, om haar vader, vóór dat hij zich naar de markt begaf, zijn soep te geven, ging laat te rust om alles op te bergen; waschte het linnengoed, begoot de bloemen, zoodra zij een uurtje vrij had, en verliet menigmaal des winters midden in den nacht haar bed om de stroomatten uit te leggen, wanneer de vorst plotseling was ingevallen.
Het gezicht is scherp en ingevallen; de kleeren zijn onordelijk en verscheurd. Maar trots dat alles heeft zij nog zóoveel voornaams over zich, iets zóo gebiedends, dat zij niet alleen medelijden, maar ook eerbied inboezemt.
Zij snakte naar adem, en zij liet, onbevreesd voor de avondlucht, die binnen begon te vlieten, den grijzen peignoir van hare schouders glijden. Hare armen waren mager, haar borst als ingevallen en zij bezag zich met een treurigen glimlach, terwijl zij het dunne haar doorwoelde.
Het was in de laatste dagen van November en een strenge winter was vroeg ingevallen. Het vroor; de sneeuw knarste, nog onbezoedeld en blauwig-blank, onder Eline's lichten, regelmatigen tred, maar liever zocht haar voet de gladheid der schoongemaakte trottoirs.
"Mot je naar de catechisatie?" schrok juffrouw Jonkers. 't Was haar deze maand al een paar maal ingevallen, dat dit kind, "femeltje" nog wel, zooals zij haar bij zichzelf soms noemde nu eens eindelijk niet met dat eeuwige struikelblok van die onderbroken middag of morgen in de week aankwam. Altijd die catechisatie!
Nu keerde hij naar het bosch terug, om zich in zijn koffer neer te zetten, maar waar was deze gebleven? De koffer was verbrand. Een vonk van het vuurwerk was er ingevallen, deze had vlam gevat, en nu lag de koffer in de asch. Hij kon niet meer vliegen, niet meer bij zijn verloofde komen. Deze stond den geheelen dag op het platte dak en wachtte; zij wacht waarschijnlijk nog.
Doch hij kreeg geen antwoord op zijne vragen. Ontzet stond de grijsaard voor hem en staarde hem wezenloos aan. Wat? Was die uitgemergelde, bleeke man, met die ingevallen kaken en die holle oogen, de eertijds zoo krachtige Heer Gijsbrecht, de fiere overwinnaar van het tournooispel te Heukelom?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek