Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 5 juni 2025


Dadelijk legde Humply den kijker neer, sprong overeind, zoodat zijn gansche gestalte van den heuvel af, waar de Roodhuid lag, gezien kon worden, hield de handen aan den mond, en riep met luider stemme: "Menaka sjecha, Menaka sjecha! Mijn broeder kan naar zijn blanken vriend komen!"

"Verbeeldt gij u werkelijk, dat hij niet meer te raken is?" "Ja, sir!" antwoordde Humply. "Geen Old Firehand, geen Winnetou en geen Old Shatterhand zou in staat zijn hem nu nog naar beneden te halen. En dat zijn toch de drie beste schutters uit het verre Westen." "Zoo!"

Meteen greep hij naar zijn geldtasch. "Laat uw banknoten maar rusten," zei Humply. "Wedden doen wij niet!" "Komt dan hier bij mij zitten. Dan zal ik het u verklaren." Zij zetten zich in het gras neer, vlak over hem. Hij nam hen nog eens op met een scherpen blik, en zei toen: "Ik ben den Arkansas komen opvaren, en te Mulvane aan wal gestapt.

Voor een nieuweling, sir! doet gij dat boven verwachting," prees Humply. "Ik zelf zou het u bezwaarlijk kunnen verbeteren. Maar ziet gij dien man wel, daarginder, boven op den tweeden heuvel van hier af?" "Yes! Een Indiaan, schijnt het?" "Ja, het is een Roodhuid. Had ik ... och, mylord! haal even uw kijker van beneden, dan kan ik zien of ik zijn gezicht herken." De lord voldeed daaraan.

Hij had het gunstige oogenblik verzuimd; want terwijl hij zijn dicht-ader liet vloeien, had de wijfjesgier, verschrikt door den dood van haar mannetje, de vlucht genomen, en bevond zich reeds een goed eind verder af. "Hij is met geen mogelijkheid meer te raken," zei Humply. "Vindt gij dat óók niet, uncle?"

De geweren hingen nog aan de beugelriemen; ze waren blank gepolijst, zoodat ze eruitzagen als fonkelnieuw, iets dat in de oogen van een Westman een gruwel is. "Schiet dan eens!" gebood de lord, zonder zich aan de laatste woorden van den bultenaar te ergeren. Humply stond op, legde aan, mikte een seconde, en brandde toen los.

"Mocht ik verongelukken dan neemt gij dit boek mede naar Frisco, en vertoont het aan den bankier, wiens naam ik u later noemen zal; die zal u de u toekomende gelden oogenblikkelijk uitbetalen." "Dat is een uitmuntende inrichting, mylord!" merkte Humply aan. "Wij willen echter niet hopen, dat.... Behold, uncle! kijk onze paarden eens! Zij steken hun ooren op, en zetten hun neusgaten open.

Nu gaf de Roodhuid ook aan den Engelschman de hand, en antwoordde: "Ik ben de vriend van elken goeden en eerlijken blanke; maar dieven, moordenaars en lijkenschenders moeten verdelgd worden door den tomahawk!" "Hebt gij zulke slechte menschen reeds ontmoet?" vroeg Humply. "Ja.

"Sir!" lachte Humply, "dan worden wij rijke menschen, want aan avonturen is hier geen gebrek: beleven kan men die, ja; maar of wij die overleven zullen, dat is een andere vraag. Aan ons beiden zal het niet liggen; maar voor een vreemdeling is het raadzamer, de avonturen te ontwijken, in plaats van die op te zoeken." "Maar ik wensch ze te hebben.

"Ook wij verheugen ons daarover," antwoordde Humply, "daarvan kunt gij u verzekerd houden." De lange uncle strekte zijn beide handen boven het hoofd van den Roodhuid, als om den zegen over hem uit te spreken, en galmde declameerend uit: "Wees gegroet, gegroet, mijn waarde! Telg des hemels op deze aarde! Groote hoofdman, wees gegroet!

Woord Van De Dag

phylarchos

Anderen Op Zoek