Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 30 juni 2025
Het is mij onbewust of Zacharias Heynsz een afstammeling was van zijn naamgenoot, den dichter, wiens voortbrengselen onze vaderen een tijdlang bewonderden, maar die, sedert Vondel en Hooft hunne onsterfelijke werken uitgaven, al spoedig vergeten werd, schoon hij nog lang bij den Duitschen nabuur als een voorbeeld ter navolging werd aangemerkt.
Het Handschrift is gelinieerd geweest, waarschijnlijk met lood, doch de hooge ouderdom heeft die lijnen doen verbleeken en bijna uitgewischt, zoozeer dat ik in den eersten tijd ze wel vermoedde, maar niet onderscheiden kon, voordat Jhr. Hooft van Iddekinge er mij opmerkzaam op maakte.
6 ditto, hoochte van 16 grad., 34 minuten; de caep Oost van ons; waren ontrent 10 mylen vande wal; den heelen dach stille; dreven mettet hooft om de West. 7 ende 8 ditto als vooren in stilte gedreven; de caep op de hoochte van 16 gra., 40 min. O. ten Z., ontrent 10 mylen van ons; was heet weder, wy vingen dagelycx vry wat visch.
Laat Hooft uitdrukken hoe ik wenschte, dat al onze aanzienlijken ons vóórgingen, zoo als hij: de dichter ziet zijne vaderstad ten top van voorspoed gestegen, ter prooi aan de duizeling, der weelde eigen, en waarschuwt haar: ach! dat zijne poëzij geene profetie ware geweest: Want nergens is zoo veil De niet verwachte val, als op de toppen steil: Zoo slibbrigh staan, als op de kruin; zoo te bedinken Het gypen, als voor wind, en zoo gereed het zinken.
Een tegenhanger van dezen naam is Goudenhooft. Een gouden manshoofd komt nog heden te Leeuwarden als huisteeken voor. En Andries Boeleszoon in 't Gouden Hooft was een burger van Amsterdam ten jare 1567.
Ten huize van Roemer Visscher ontmoette Reael den grooten dichter en geschiedschrijver Pieter Corneliszoon Hooft, die van zijne jaren was, en met wien hij een vriendschap sloot, die hun leven lang voortduurde.
M. A. Dit gedirt is eenigsins gelyck aen een wespel; het agterlyghaem is groeter ofte langer en volgens de coluer, matter als een wespel. Dit gedirt heeft wel een angel maer kan niet steecken; dit gedirt heeft twee hoerens voor het hooft, met dewelcke het de byen vangt en seer gevoelig niepen kan.
En wy, myn Heer, wy waaren noch berooft Van zulk een schat, indien dat Dichtren hooft RACINE, die gelyk een zon verdooft Alle andre lichten, De laafte hand niet had aan ’t werk geleid, De Griekse lof door zyn verstand verbreid, En Dichters naam gewyd d’onsterflykheid Door zyn gedichten. Zy volgt van ver die groote baak in zee, En zoekt by u een lieve en stille ree.
Als voorbeelden van geslachtsnamen ontleend aan de namen van byzondere lichaamsdeelen, noem ik hier: Hooft en 'T Hooft, met Hoeuft, Heuft en het versletene Heuff, die ik niet anders kan verklaren dan als eene byzondere uitspraak van het woord hooft of hoofd in de eene of andere byzondere gouspraak. Verder D'Oore, in Vlaanderen voorkomende.
De oorzaak van deze verandering is dit: »'t Is gebeurd ten tijde dat veel verscheidene Natiën, gelijk de Friezen, in 't H. Land waren getogen, om hetzelve uit de handen en het geweld der Saracenen of Turken te verlossen, dat onder anderen verscheidene Edellingen uit Friesland, ook die van het Geslacht van Roorda, met de menigte aldaar zijn geweest, onder welke zoo het gebeurde, tusschen de beide heiren van de Christenen en Saracenen, dat er een uitnemend groot, stout en vaillant Moorsch Prins was uit het Saraceensche heir, die voor het Christen-leger zeer hoogmoedig ging braveeren, uitdagende aldaar een van de vaillantste Ridderen der Christenen, om met hem een kampslag te slaan; zoo heeft er terstond een stoutmoedige edele Fries uit het geslacht van Roorda verlof van zijnen Prins begeerd, om met dezen man een kampslag te doen; 't welk hem toegestaan zijnde, is hij in het aanzien van beide legers tegen dezen Moor in het veld getreden, en heeft aldaar zulk eene forsigheid met feiten van wapens bedreven, dat hij ten laatste dezen Moor heeft overweldigd, ter neêr gehouwen en onthoofd, het hooft ook tot een teeken van victorien op de poot van zijn geweer naar het Christen-leger triumphantlijk gebragt; alwaar hij bij alle de Prinsen, Heeren en Ridders zeer loffelijk van zijne stoutmoedigheid zeer geprezen, en mede Ridder geslagen en eerlijk ontvangen is.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek