Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 9 november 2025


Toen kuste ik om dat schoone woord mijn lief, Die om mijn hals de streelende armen hief En 'k sprak: "ja! dat zal groot en heerlijk wezen, Als ik u zien zal in hetzelfde kind, Waarin gij mij opnieuw geboren vindt: Twee-eenheid in één eenig beeld te lezen."

Vóór hen, den heuvel op, stonden tenten rij aan rij waartusschen zeer vele mannen en paarden wemelden en hier en daar zich een hooge stormtoren hief. Zij spraken geen van beide.

Het geroep der arme melaatschen ging er geheel door verloren. Maar voor haar was het: nu of nooit. Ging deze gelegenheid voorbij, dan moesten zij voor altijd de hoop laten varen. Dichterbij, Tirza! Dichterbij! Hij kan ons niet hooren, zeide de moeder. Zij stond op en trad bevend naar voren, hief de handen smeekend omhoog, en riep zoo hard zij kon.

Dit laatste motief is niets anders dan een bewerking van eene in de Middeleeuwen zeer bekende overlevering omtrent Jezus' jeugd, welke verhaalt, hoe de kleine Jezus de hand van zijn meester deed verdorren, omdat hij die tegen hem op hief, om hem wegens het niet beantwoorden zijner vragen te straffen.

Toen de vorst dit hoorde, was hij zeer begeerig, den tooverstok te zien. Thoutii ging dezen daarop halen; plotseling pakte hij daarop den vorst bij diens kleeren vast en sprak: "Ziehier den tooverstok van koning Thothmes" en met dezen hief hij zijn hand op en sloeg den vorst zoo hevig op zijn voorhoofd, dat hij bewusteloos voor hem neer viel.

Als gij het met u allen niet met hem klaren kunt, zal ik zelf het alleen met hem klaarspelen. Gaat maar even op zij!" Hij greep zijn geweer, en hief het op, om den oude met de kolf de hersens in te slaan; maar hij had den tijd niet om dat te volvoeren, want....

Toen Beerencreutz dat zag, liet hij 't paard over aan zich zelf op den bekenden weg. Hij hief zijn oogen op en staarde hardnekkig en onafgebroken naar 't zevengesternte. Vrienden, menschenkinderen!

Hij liet zich geknield ten gronde vallen en hief de bevende armen in de hoogte, terwijl hij, halfdood van schrik, in onverstaanbare woorden 's hemels bijstand afsmeekte.

"Juist!" antwoordde Contour: "'t geen aldus begint ... och! hoe begint het ook weer?" "Lief kuiltje!..." hief Helding aan. "Juist: lief kuiltje.... Stilte, Mijne Heeren! Ga voort, mijn waarde Heer Helding!" "Ja! maak dat wij uit dat kuiltje komen," zeide Lodewijk.

Het parool is: =Hildegarde=!" Hij hief het hoofd op, streek zich boven de oogen, als iemand die tot bezinning komt, hapte naar adem, en stamelde toonloos: »Hildegarde, zeg je?... Ja Marieken, 't is waar!... ik kom!" En hij liet zich door haar wegleiden als een kind. »Ah ça, mon beau villageois! Voil

Woord Van De Dag

bijeengeplaatst

Anderen Op Zoek