Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 23 oktober 2025


Mijnheer de Gillenormand die, gelijk alle gezonde lieden, vroeg bij de hand was, had hem te huis hooren komen en haastte zich, zoo snel zijn oude beenen hem dit veroorloofden, de zoldertrap naar Marius' kamer op, om hem te omhelzen, hem te ondervragen en zoo wat te vernemen van waar hij kwam.

't Was duidelijk, dat dit voor zulk een krachtige en edele natuur slechts een overgangspunt was, en Marius bij den eersten schok tegen de onvermijdelijke verwikkelingen van het noodlot ontwaken zou. Intusschen, schoon hij advocaat was en vader Gillenormand het dacht, pleitte hij niet. Overpeinzing had hem het pleiten tegen gemaakt.

Hij was zoo verbaasd, dat hij mijnheer de Gillenormand niets vroeg. Deze hernam: "'t Schijnt dat hij ziek is. Hij verlangt u te zien." En hij voegde er na eenig zwijgen bij: "Ge vertrekt morgenochtend. Ik geloof, dat er te zes uren een wagen vertrekt, die daar des avonds aankomt. Daarmede moet ge gaan. Hij zegt, dat er haast bij is." Toen kreukte hij den brief ineen en stak hem in zijn zak.

De andere armstoel bleef ledig. Men zocht met den blik "mijnheer Fauchelevent". Hij was er niet meer. De heer Gillenormand riep tot Basque: "Weet gij, waar mijnheer Fauchelevent is?" "Mijnheer," antwoordde Basque, "zooeven heeft mijnheer Fauchelevent mij verzocht aan mijnheer te zeggen, dat zijn gewonde hand hem pijn deed en hij niet met mijnheer den baron en mevrouw de barones kon dineeren.

De korte, ruwe toon van den grijsaard verried een buitengewone opkropping van toorn. De tante aanschouwde Marius met verschrikten blik, scheen hem nauwelijks te herkennen, liet geen gebaar noch woord ontsnappen, en verdween na de woorden van haar vader sneller dan een stroohalm voor den wind. Ondertusschen was vader Gillenormand weder tegen den schoorsteen gaan leunen.

Dit was meer dan de heer Gillenormand hooren kon. Bij het woord "republiek" was hij opgestaan, of beter gezegd, opgesprongen. Ieder woord van Marius had op het gezicht van den ouden koningsman dezelfde uitwerking gedaan, als de wind uit de blaasbalg eener smidse op een glimmende kool. Van somber was hij rood, van rood purper en van purper gloeiend geworden. "Marius!" riep hij.

Juffrouw Gillenormand, als een verstandige en overleggende persoon, vond middel het fraaie linnen te sparen, terwijl zij den grootvader in den waan liet, dat hij gehoorzaamd werd. De heer Gillenormand nam geen genoegen met de verklaring, dat grof linnen evengoed als fijn, en oud evengoed als nieuw voor pluksel was.

Hij had iets van de achttiende eeuw: beuzelachtig en groot. In het jaar 1814 en de eerste jaren der restauratie woonde Gillenormand, destijds nog jong hij was niet ouder dan vier-en-zeventig jaar in de voorstad Saint-Germain, in de straat Servandoni, bij Saint-Sulpice. Eerst toen hij zich van de wereld afzonderde, trok hij naar het Marais en wel met tachtig jaren achter den rug.

Het gold een kwestie van den dag: de artillerie der nationale garde, alsmede een conflict tusschen den minister van oorlog en de "burgerwacht," ter zake van de op de binnenplaats van het Louvre geplaatste kanonnen. Daarover moesten de studenten "raadplegen." Er was niet veel meer noodig om den heer Gillenormand op te winden.

Bovendien was Cosette sedert vele jaren gewoon, zich door raadsels omgeven te zien; ieder kind, dat een geheimzinnige jeugd heeft gehad, is steeds tot ontberingen gereed. Zij bleef echter Jean Valjean "vader" noemen. Cosette, die als in den hemel was, was met vader Gillenormand hoogelijk ingenomen. 't Is waar, dat hij haar met puntdichten en geschenken overlaadde.

Woord Van De Dag

beschouwt

Anderen Op Zoek