Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 24 mei 2025


Het scheen, alsof zijn gierigheid met zijn beteren aard in strijd was, en hem dwong de eene zechine na de andere op te strijken, terwijl zijn edelmoedigheid hem aandreef, om tenminste een gedeelte aan zijn weldoener terug te geven, in den vorm eener gift aan zijn dienaar. Zijn geheel gesprek luidde ten naastenbij aldus:

Den vrek daarentegen, die aan niets anders dan aan winst en geld, en den eerzuchtige, die aan niets anders dan roem denkt, beschouwt men niet als krankzinnig, omdat zij meestal hinderlijk zijn en daardoor onzen haat opwekken. In werkelijkheid echter zijn Gierigheid, Eerzucht, Wellustigheid enz. wel degelijk vormen van waanzin ofschoon zij niet tot de ziekten gerekend worden. Stelling XLV.

Daar de abt maar niet kwam, begon Primasseau het derde brood te eten, wat ook aan den priester werd gemeld, die bij zich zelf begon te denken en te zeggen: Kijk, wat voor nieuwen inval heb ik gekregen? Wat een gierigheid! Wat een onwil! En om wien!

Hij wordt oud; maar de ouderdom verlicht zijn zwaren arbeid niet. De waanzin der gierigheid is over hem gekomen. Maar op een schoonen dag in 't begin van Augustus komt een zware koets, door vier paarden getrokken, den Brobyheuvel op. Een deftige oude dame komt aanrijden in galatoilet met koetsier en palfrenier en een juffrouw van gezelschap. Zij komt den predikant van Broby bezoeken.

Na den waard van Bergamino betaald te hebben en hem met een zeer voornaam gewaad te hebben bekleed en hem geld en paarden te hebben gegeven, liet hij het aan hem over naar welgevallen heen te gaan of te blijven. Achtste Vertelling. Guiglielmo Borstere straft met een grappig woord de gierigheid van monseigneur Ermino de' Grimaldi.

Geestdrift en apathie, ijver en nalatigheid, toegeving en tegenstand, verkwisting en gierigheid, al deze tegenovergestelde eigenschappen treden in de geschiedenis der Polen, even als in hun dagelijksch leven, duidelijk te voorschijn. En evenzoo ook de grootst mogelijke trotschheid naast de vernederendste onderworpenheid.

Monseigneur Ermino had al gehoord, dat de heer Borsiere een voortreffelijk man was en daar hij bij al zijn gierigheid toch een vonkje wellevendheid bezat, ontving hij hem met zeer vriendelijke woorden en met een opgeruimd gezicht, liet zich over verschillende dingen met hem in en leidde gedurende het gesprek hem en eenige Genueezen, die mede waren gekomen, in een fraai, nieuw huis, dat hij had laten bouwen en toen hij hem dit alles vertoond had, sprak hij tot hem: Monseigneur Guiglielmo, U hebt toch veel gezien en gehoord, kunt U mij één ding toonen, dat men nog nooit zag om het in mijn huis te laten schilderen?

Kom, zal ik voor u met den Prior onderhandelen?" "In Gods naam, Diccon, als gij mij niet kunt helpen om het kind mijner liefde terug te bekomen." "Hinder mij niet door uwe ontijdige gierigheid," zei de kapitein, "en ik zal met hem spreken." Hierop verliet hij den Jood, die hem evenwel als zijne schim volgde. "Prior Aymer," zei de kapitein, "kom met mij ter zijde, onder dezen boom.

V. Onder "tegenstrijdige aandoeningen" zal ik in het vervolg zulke verstaan, welke den mensch naar verschillende kanten heentrekken, ook al zijn ze van dezelfde soort, zooals weeldezucht en gierigheid, welke beide soorten van Liefde zijn. Zij zijn niet van nature, maar door toevallige omstandigheden tegenstrijdig.

Men moet erkennen, dat die twee namen, zoo onder elkander geplaatst, een levendig contrast vormden, en niet alleen de namen, maar ook de personen, die ze droegen. Tusschen die twee bestond hoegenaamd geene overeenkomst noch geestelijk noch lichamelijk. Was de een edelmoedig, de ander was de verpersoonlijkte gierigheid.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek