United States or Barbados ? Vote for the TOP Country of the Week !


Er ontbraken nog eenige mannen van die, welke op verafgelegene hofsteden waren geherbergd; maar het bevel van den generaal was te stellig: men mocht niet langer op hen wachten. Het sein werd gegeven; de trommels braken los in een aanjagend geroffel.... en de compagnies verlieten Gheel.

De derde vertelde van eene vrouw, die de onwrikbare overtuiging had, dat zij sedert lang was gestorven en zich in de andere wereld bevond. Ook zag zij in hare gezellen en in de burgers van Gheel niets dan spoken of zielen van overledenen, die, evenals zij, in hunnen aardschen vorm op het laatste oordeel wachtten.

Roovelt, en bewees hij daardoor dat zijn gedrag sedert lang onberispelijk was geworden, zouden Lucia en haar vader zich niet gelukkig achten, te mogen vergeten wat er was geschied? Zij waren op de Markt van Gheel getreden, toen de sergeant-majoor antwoordde: "IJdele droomen!

In den loop dezes jaars 1878, heeft de schrijver van dit verhaal gelegenheid gehad, om de gemeente Gheel te bezoeken en er kunnen erkennen dat, alhoewel daar nu ongereer 1300 krankzinnigen worden verpleegd, en deze meest allen in vrijheid op de straat verkeeren, het er inderdaad even rustig toegaat als in het vreedzaamste dorp des lands. Het kan dus niet verwonderen, dat een geleerde, als de hr.

Op eenen namiddag kwam een korporaal mijner compagnie mij verwittigen, dat het regiment des anderen daags 's morgens, te negen uren, het bivak zou verlaten, om naar de kanten van Gheel of van Moll te vertrekken, en dat ik mij gereed moest houden om de compagnie te volgen, hetzij te voet of op een der vrachtkarren.

Dit nieuws verraste den fourier niet weinig; hij twijfelde een oogenblik, of hij het wel juist had verstaan. Wat? zij moesten te Gheel gaan logeeren? Te midden der zinneloozen leven, en ongetwijfeld onder hetzelfde dak slapen met eenigen der schrikbarende wezens, wier aandenken hem nu nog somwijlen deed huiveren! Dan, er was aan de noodzakelijkheid niet te ontsnappen: een soldaat gehoorzaamt.

Na eene lange wijl stilte vroeg de onder-officier, om toch iets te zeggen, aan den heer, die voor hem zat, of Gheel eene uitgestrekte gemeente was. "Ja, zeer uitgestrekt," kreeg hij ten antwoord. "Om haar grondgebied geheel rondom te gaan, heeft men wel negen uren noodig.

Dit alles belette niet, dat hij, kwart voor drie uren, het gehucht Kevermont bereikte en welhaast te Gheel zou aankomen. Hier zag hij van verre een welgekleed persoon tegen den eikenkant in de lommer zitten, met zijnen hoed voor het aangezicht waaiende, ah iemand die het te heet heeft en uitrust.

"Hij is vroeger, op de baan zijnde, zoo ongelukkig van zijn paard gevallen, dat men hem voor dood heeft opgeraapt. De wonde van zijn hoofd genas, maar zijn verstand bleef verloren. Nu draaft hij over en weder van Kevermont naar Gheel en van Gheel naar Kevermont. Hij is anders een goed ruiter.

Nu meent hij gewis, den plicht te vervullen dien hij vroeger heeft verzuimd." "En de ongelukkige staat daar zoo, reeds sedert tien jaar, zomer en winter, in nat en droog?" "Sedert veel langer, fourier. Ik woon hier reeds twaalf jaar en heb hem daar altoos zien staan, van den eersten dag mijner aankomst in deze streek." "Woont mijnheer te Gheel?" vroog de onder-officier. "Neen," was het antwoord.