Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juni 2025
Elk woord, dat hij uitgesproken had, brandde en daverde in hare hersens en haar hoofd zelve werd een holle kasse, waar ze met ongemeen geweld ommeroefelden. Wat had hij gezeid? 't Ruischte als een schrikkelijke golving: Een wonderbaar geneuchte.... Ze spande al hare krachten in om sterk te blijven en klampte zich vaste aan andere gedachten.
En zie! wedervoer Sörge, het zou mij niet verwonderen als hij in dat avontuurtje bezweek. Hebt gij mij niet gezeid dat hij Pezza wantrouwde? Pezza zal het reeds gemerkt hebben en hij zal Pezza's eerste slachtoffer zijn. Wat dan? We kunnen hem niet redden .... maar .... Ik geloof u niet. .... we kunnen Pezza straffen. Ik geloof u waarlijk niet, Rupert. Ge ziet het te zwart in.
Weet ge niet of Sebastiaan nog lange zal wegblijven? Twalef honderd.... Wat brengt ge terug? Maar, moeder.... Wat hebt ge gekocht? Wacht even.... Ik heb gezeid: D
't Begon met den zolder, in geen vòlle maand gedaan, de zolder die 'n niet-zuinige beurt noodig had, de zolder waarvan mevrouw zèlf had gezeid dat 't 'n schandaal was, hoe de spinragen in alle hoeken en gaten zaten en waarop nou nièmand 'n voet mocht zetten. Handig as meneer prutsen kon, had-ie de deur op twee plekken gegrendeld en de sleutels in z'n vestzak gestopt.
Heb ik gezeid dat het schande is dat de vrouw van P. alle jaar een kind krijgt? God beware! Jans had er alle jaar óók wel een kunnen krijgen als het de wil van God was geweest, maar ik zeg, of ik meende ten minste, dat het niet vreemd is als er armoe wordt geleden wanneer de vrouw, die zoo dikwijls in 't bed leit, een slons van een wijf is. Zie je dát was de riddenaasie.
Ik zeg tegen Jans of eigenlijk ik heb het eergisteravond gezeid, toen we samen in de bedstee leien: God geef dat onze Hollandsche jongens zich niet door die vreemde poespas in de draaierij laten brengen.
"Nou, en toe' in dat huis van bewaring werom na de uitspraak, toe kreeg ik nog ruzie ook met mijn staf, omdat zij net zoo goed twaalf jaar hadde, en ik eerst had gezeid, da'k alle gevolge op mijn nam.
In plaats van: "'K heb dikw'ls an m'n zoon gezeid: jong'ling, 't is 'n moeil'ke en kunst'ge zaak, met mens'n om te gaan," enz. enz. Wat nu de mans betreft, voor zooverre zij geen dagbladschrijvers of schoolmeesters zijn: Een gedeelte hunner schrijft niet en spreekt er daardoor niet slechter om.
Met de woorden: „’k Moet er morgen weer vroeg uit; hou dat kind toch stil, Mijn!” stapt hij in bed en kruipt zoo diep mogelijk onder de oude, dunne dekens. „Leg mijn jas er nog maar op: ’t is vervloekt koud en de kachel heeft gênacht gezeid,” zegt hij tot zijn vrouw, die den schreeuwenden kleine in haar armen sust en tot bedaren tracht te brengen.
Hunne priesters of druïden genoten de algemeene achting; want, ofschoon hunne leer voor ons zeer duister is, waren zij wijzer en geleerder dan gewone menschen. Misschien wel hebt gij bij u zelven gezeid dat, in het voorgaand verhaal, meest over krijgslieden wordt gesproken.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek