Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 november 2025
"Ja, ik kom!" Nog wat gerommel van vaatwerk. "Ik wou da-je ophiel met je gezang." "O mag d'r hier ook niet gesonge worre!" "Meissie als dat zoo doorgaat hou je 't hier niet lang uit... Ik wil geen vrijers an me deur en geen gezang." "Best juffrouw." De deur ging dicht. In de voorkamer bleef droge vrouwtje met het vinnig spitsneusje. Droge vrouwtje was dik in de vijftig, klein, mager, verdord.
Dit gezang was zoo regelmatig en zoo zacht, dat ik op alle andere plaatsen gedacht zoude hebben, dat het een bekwaam zanger was, die op de fluit speelde. Dewyl ik beide deeze vogels nimmer dan onvolkomen en van verre gezien heb, bestaat alles wat ik van hun weet, hier in, dat men hen dikwils in de nabyheid der moerassen hoort.
Hier, zoo als in een gewone school, was de dag begonnen met gebed en gezang; toen had de directeur van de school wat over slöjd gesproken en een paar korte orders gegeven, en toen, zonder dat ze goed wist, hoe het was toegegaan, stond ze op eens voor een schaafbank met een stuk hout in de eene, en een mes in de andere hand, en een oude slöjdleeraar probeerde haar te wijzen, hoe ze een bloemstokje moest snijden.
Met innige wanhoop beschouwde hij alles; wat hij moest verlaten; alles, waartoe hij moest wederkeeren. Hij moest dan afstand doen van dit goede, reine, bekoorlijke leven, van aller achting, van zooveel eer en van de vrijheid! Hij zou niet meer wandelen in de velden, niet meer het gezang der vogelen hooren in de maand Mei: hij zou de kleine kinderen geen geschenken meer geven.
Het hinneken van deze paarden leek op het getjilp van onze leeuwerikken, hun snuiven en proesten op het gezang van onze krekels, en het zweepgeknal leek op het barsten van een erwtenschil.
De zang van den leeuwerik in de oneindige ruimte, het suizen van den wind in de heidestruiken, het loeien der runderen in de weilanden, al die landelijke stemmen en geluiden smelten samen tot een akkoord, passende bij de zoete droomerijen van uw geest, als ge het drijvend wolkje naoogt in het azuur, of uw blik laat rusten op den kalmen waterplas, als een metalen spiegel op een fluweelen kleed, uitgespreid in de bruine heide; als ge luistert naar het kunsteloos gezang van den boerenjongen, die naast den weg zijne twee paarden huiswaarts leidt, of naar het tjingelen der bellen van de kleurig opgetuigde hit voor de huifkar van den postbode.
Met recht roemen de Noord-Amerikanen het gezang van den Bobolink; het bevredigt zelfs het verwende oor van den liefhebber van Europeesche Zangvogels.
En als gij dan uit uwe slaapkamer de ontbijtzaal binnentreedt, hoe onaangenaam moet u dan het gezang van het bijna overkokende water in de ooren klinken, terwijl het den reiziger vergund is, kwartieren ja halfuren te wachten, eer zijn theewater begint te razen. Vroeg opstaan! vroeg opstaan! wie gevoelt ooit uwe genoegens dan de reiziger, de reiziger voor plaisir!
Daar deed zich op eens van den kant van het raam het heerlijkste gezang hooren: het was de kleine, levende nachtegaal, die buiten op een tak zat. Hij had van de ziekte van zijn keizer gehoord en was daarom gekomen, om hem troost en hoop toe te zingen.
Dit geschiedde: wederom schaarden zich de mannen aan de eene, de vrouwen aan de andere zijde. Dat zeer eigenaardig, weemoedig, aangrijpend gezang maakt op iemand, die het voor het eerst hoort, een onbeschrijfelijken indruk.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek