United States or Eswatini ? Vote for the TOP Country of the Week !


Terwijl ik alzoo met verhaasting voorttrad, kwam ik aan een plaats, waar kort te voren, gelijk aan het wielspoor te zien was, een wagen had omgedraaid: waarschijnlijk de meer vermelde huifkar.

"Dat niet alleen," zeide de Heer Bos; "maar nog wel, evenals ik, beladen met pak en zak; want wij gevoelden geen trek om onze bagage in de huifkar te laten, noch om die te laten dragen door dezen of genen arbeider, en ons aan zijn bescheidenheid te wagen.

Na een rit van bijna twee uren hield de kar stil op een boomrijk, eenzaam plekje, tusschen Baarn en Eemnes. Daar wachtte reeds sedert tien minuten een andere huifkar, waarmee Jan Heining uit Bunschoten gekomen was, om dominee in ontvangst te nemen en daarheen te brengen.

Hij wil d'r heggie niet voorbij as ze hem niet zelf een emmer water het gegeven, of een homp brood en em op z'n hals klopt. Toen 't gister wat lang duurde voór ze 't huis uitkwam, perbeerde ie met huifkar en al door de heg te rijën. En toen ie bleef steken.... slaat ie me daar aan 't hinneken....! 't Is een merakel! Ze had stalknecht motte worden!

Het zachte gegons der bijen, het fluisteren van den wind door de dennen naast haar, het rinkelen van de belletjes van een huifkar heel in de verte, was al wat de stilte verbrak.

Ik heb het even gewaagd, toen wij die voorbijgingen, mijn hoofd buiten de huifkar te steken en dat prachtige goed te beschouwen, hoewel het mij bijkans een stijven nek had gekost."

De afbeelding is een photographische reproductie op ruim 1/4 der grootte van een teekening in O.-I. inkt, voorkomende in de Zeelandia Illustrata; zij geeft daar de samenvatting van de Markt met het Raadhuis, de pomp en het versterkte huis Domburg, terwijl nog tal van houten en geluifelde geveltjes met de huifkar en het costuum dier dagen een kijkje bieden op het stadsleven in het begin der 17e eeuw.

De huifkar verwijderde zich en ik vervolgde mijn weg, slechts weinig gesticht over de tijding, mij door den voerman medegedeeld.

De schoenmaker had een stuk linnen van eene huifkar over de werkplaats gelegd; hij had zijne pantoffels aangetrokken en zat nu met een lange pijp bij de kachel, en met een' kan bier voor zich. Nu, hier kon toch niemand kwaad gemutst binnen komen. Ik zeide alzoo niet anders dan: "Goeden avond! ik wilde maar eens komen zien, waarom gij allen zoo vroolijk zijt."

De kroon, die de huifkar tooide, wordt in het nieuwe heem opgehangen en blijft daar, tot ze verdord of versleten is.