Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 10 mei 2025


Myn Geneesheer raadde my echter, om alle dagen lucht te scheppen; en myn vriend, de heer KENNEDY, my zyn rytuig geleend hebbende, ging ik zyne Excellentie, den Gouverneur der Colonie, een bezoek geven. Naar huis te rug keerende, deed ik het rytuig aan de waterkant stil houden, om een hoop menschelyke wezens, die myne aandacht zeer tot zig hadden getrokken, te beschouwen.

Ik heb immers niet gezegd dat ik het geld geleend héb? Ik kan het toch ook wel op een andere manier gekregen hebben. Ik kan het gekregen hebben van een of anderen bewonderaar. Als je er zoo lief uitziet als ik.... MEVR. LINDE. Wat ben je toch een dwaasje, Nora! NORA. Nu ben je zeker woest nieuwsgierig, ?

MEVR. LINDE. Nora ... het is Krogstad die je het geld geleend heeft! NORA. Ja, en nu komt Torwald alles te weten. MEVR. LINDE. O, geloof mij, Nora, dat is voor jullie allebei het beste. NORA. Er is nog veel meer dan je weet. Ik heb een valsche handteekening gemaakt. MEVR. LINDE. Groote hemel...! NORA. Nu wil ik je één ding zeggen, Kristine, jij moet mijn getuige zijn.

We hebben afgesproken, dat iedere heilige zijn eigen nis zou krijgen. U hebt mij dat geld geleend als vriend. Laten wij dus het gebied van het schoeisel verlaten en die van het vertrouwen en van de vriendschap, welke een afzonderlijke rekening vereischen, betreden. Hoe hoog loopt uw vriendschap voor mij?" "Zeven-en-twintig francs." "Zeven-en-twintig francs.

Mijn woord als edelman echter zij u voldoende, om te gelooven dat ik onbaatzuchtig aan de stem der menschlievendheid het oor heb geleend. Door de gunst der Heiligen mocht ik het voorrecht hebben tot uw geluk werkzaam te zijn; ik heb dien eervollen plicht vervuld, en wel verre van uwe dankbaarheid te vorderen, moet ik de Heiligen danken, dat ik hierdoor aan mijn eeuwig heil heb mogen arbeiden.

Ik was reeds eene andere somme van vyftig ponden sterling schuldig, welke ik geleend had, om den koopprys van mynen Neger QUACO te voldoen; myne JOANNA, wel is waar, was my van eene oneindig grootere waarde; en schoon men haar had gewaardeerd op het twintigste gedeelte van de geheele Plantagie, die voor niet meer dan veertig duizend guldens verkogt was, konde ik eene jeugdige vrouw, met zoo veele volmaaktheden begaafd, niet te duur koopen; maar men moest met dit al in staat zyn, om het te kunnen betaalen.

Toen de dag, door hem bepaald, gekomen was, liet hij in tegenwoordigheid van alle kardinalen en van een groot aantal hooggeplaatste personen, die waren uitgenoodigd en die waren verschenen om aanwezig te zijn bij het prachtige feest, dat hij had laten voorbereiden, de donna komen koninklijk getooid, die zoo schoon en bekoorlijk leek, dat zij naar waarheid door allen werd geprezen en evenzoo Alexander prachtig uitgedost, in uiterlijk en manieren heelemaal niet een jongeling, die op woeker had geleend, maar veeleer een prins van koninklijken bloede en door de twee ridders zeer geëerd.

De eerste besluiten van Solon waren nu deze, dat men zijn schulden kon afdoen in een nieuwe munt, die een vierde minder woog dan de oude, maar die toch gerekend zou worden de vroegere waarde te hebben gehouden; dat de schulden der landbouwers, die geld van den staat hadden geleend, zouden worden vrijgeschonken; dat hij, die er in had toegestemd, de slaaf te worden van een ander, als hij geleend geld niet op tijd teruggaf, niet aan zijn verplichting gehouden zou zijn; en dat zij, die naar vreemde landen zouden zijn verkocht, teruggebracht zouden worden op kosten van den staat of van hen, die hen had verkocht.

Ik verklaarde derhalven by geschrift, en overëenkomstig haare toestemming, dat JOANNA, van dien dag af aan, aan Mevrouw GODEFROY toebehoorde, tot dat ik haar de geheele somme, welke zy my geleend had, betaald zoude hebben; en des anderen daags bragt ik haar, met toestemming haarer nabestaanden by deeze Mevrouw, alwaar zy zig voor haare voeten werpende, haar het geschrift ter hand stelde.

Weet ge nog wel hoe, den voorlaatsten avond toen ik hier was, onze wafels niet klaar kwamen en de boter, die u ervoor geleend had, diende om uien in de pan te bakken: dezen keer zullen wij niet gestoord worden. Weet-je dan, dat Barberin te Parijs is? vroeg zij. Ja. En weet je ook wat hij te Parijs is gaan doen? Neen. Het heeft betrekking op jou. Op mij? vroeg ik verschrikt.

Woord Van De Dag

fabelland

Anderen Op Zoek