Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 juni 2025


Hij kon evenwel niet verder, want de Spanjaard vervolgde onverstoorbaar: »Laten wij aannemen, kolonel Gardner, als u dat bevredigen kan, dat ik thans in het fort Marion, waar ik wederrechtelijk opgesloten ben en van mijne vrijheid beroofd word, gedomicilieerd ben. Dat is dus uitgemaakt, niet waar?" De voorzitter van den krijgsraad trok de schouders ongeduldig op, maar antwoordde niet.

»Jawel, Texar, maar..." wilde kolonel Gardner zeggen. De Spanjaard vervolgde evenwel spoedig, als ware hij gejaagd: »Is er een getuige, die mij gezien heeft?" »Ja!" antwoordde de voorzitter van den krijgsraad. »En die is?" was de vraag van den onverlaat. De kolonel verzocht toen miss Alice Stannard hare getuigenis onder eede af te leggen.

»Waarvan word ik beschuldigd, als je blieft?" ging Texar voort, alsof hij zich reeds van het begin van het geding tot taak stelde het verhoor te willen leiden. »Het schijnt dat men met twee maten meet." »Texar," hernam kolonel Gardner, »gij wordt niet vervolgd wegens de staatkundige gebeurtenissen, die te Jacksonville voorgevallen zijn."

»Ja, op u," herhaalde kolonel Gardner, »op u, die niet alleen voorzitter van dat bestuur geweest zijt, maar u bovendien in persoon aan het hoofd gesteld hebt van de bende plunderaars, stroopers en brandstichters, die over Camdless-Bay losgelaten werden." »Ik?" »Ja, gij!" »Bewijs dat!" antwoordde Texar koel. »Geduld," zei de voorzitter.

»Texar," antwoordde kolonel Gardner, »het oogpunt waaruit gij de gepleegde daden van geweld schijnt te beschouwen, kan door den krijgsraad niet gedeeld worden." »Ja, dat was wel te verwachten," sprak de Spanjaard met smadelijken glimlach, »maar gij zult mij toch moeten toegeven, dat dit het ware oogpunt is, waaruit de handeling dient beschouwd te worden."

Hij had slechts een minachtende glimlach voor zijne rechters over; terwijl hij zijne vrienden, die hij in de gerechtszaal ontwaarde, met een stoutmoedigen blik begroette en master James Burbank met een beleedigend gebaar, dat van diepen haat getuigde, bejegende. Zoo trad hij binnen, zoo nam hij plaats en zoo bleef hij totdat kolonel Gardner tot het verhoor overging.

Daarop kwam het voorshands op aan. Dat begrepen zij. Bij afwezigheid van den Commodore Dupont, vervulde de kolonel Gardner, een oud beproefd krijgsman, de functie van plaatselijken militairen commandant der stad. Deze was ook aangewezen om den zetel van voorzitter te bekleeden in den Krijgsraad, die geroepen was recht over Texar in een der zalen van het fort Marion te spreken.

»Men beschuldigt u," ging kolonel Gardner voort, »het schuim der bevolking tot het bedrijven dier misdaden aangezet te hebben." »Maar welke misdaden, kolonel?" »Vooreerst geldt het de plundering van de plantage Camdless-Bay, die door eene bende boosdoeners aangevallen en overrompeld is." »Meent ge?" vroeg Texar leuk. »Me dunkt, dat dit feit vaststaat," antwoordde de voorzitter van den krijgsraad.

In de eene lagen de slachtoffers gekneveld, in de andere stond Texar rechtop op de achterplecht. En bij den weerschijn van de brandende gebouwen van Camdless-Bay, die zich tot aan de Sint John uitstrekte, had miss Alice Stannard den Spanjaard herkend. »Is dat zoo?" vroeg kolonel Gardner. »Hebt gij Texar duidelijk herkend?" »Ja, duidelijk." »Denk er om dat gij een eed gedaan hebt."

»Dus," hernam kolonel Gardner, terwijl hij het woord tot den Spanjaard richtte, »gij zijt van meening, dat u slechts een gedeelte van de verantwoordelijkheid behoort, welke in haar geheel ten aanzien der gegeven bevelen op het bestuur moet drukken?" »Juist. Dat is geheel en al mijne meening."

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek