Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 29 november 2025


Prior Aymer en zijn karakter waren dus aan onze twee lijfeigenen wel bekend, die hem met linkschen eerbied groetten en daarentegen met zijn "Benedecite, mes fils," vereerd werden.

Indien de koning dan al een vurig proselietenmaker is, hij heeft toch eerbied voor het geloof van anderen. Die gedachte drukt hij uit in het twaalfde voorschrift. "Pyadasi, de geliefde koning der Deva's, heeft eerbied voor elk geloof. Hij eert tevens de bedelaars, door hun aalmoezen te geven.

Maar verlaat mij niet, goede pelgrim, denk maar aan dien trotschen, wilden Tempelier met zijne Saraceensche slaven; zij zullen noch voor gebied, noch voor heerlijkheid, noch voor heeren-rechten, eerbied hebben." "Onze weg," hernam de pelgrim, "moet hier uiteen loopen; want het past niet voor mannen van mijn stand en van den uwe, om langer samen te reizen, dan noodig is.

"Is het je wensch; is het noodig? goed! maar zoo niet.... als men mijn lieve kind slechts den eerbied betoont, dien men haar als vrouw is verschuldigd, dan ben ik tevreden." "O wat dát betreft; zie maar, de laatste regels ze vloeien over van eerbied."

"Sire", sprak toen Merlijn, "vergun mij, dat ik u hunne namen noem, het zijn Balin en zijn broeder Balan, twee der dapperste ridders van uw hof. Spoedig zult gij nog meer reden hebben, om aan hunne dapperheid en aan hunnen eerbied jegens u te gelooven, want er is een groote strijd op handen tusschen u en koning Nero, den broeder van hem, die hier gevangen voor u staat!"

Koenraad, neem den brief aan, en geef hem aan mij over." Beaumanoir, thans in het bezit van de schrijftafel, bekeek den buitenkant nauwkeurig, en wilde toen het garen losmaken, waarmede die toegemaakt was. "Eerwaarde vader," zei Koenraad met eerbied, "zult gij het zegel openbreken?" "Zou ik niet?" hervatte Beaumanoir met gefronst voorhoofd.

Er is een plek, waar men voorbijkomend, altijd weer gestemd wordt op den toon van eerbied voor de besten der menschen, van liefde voor hun gouden hart.

Daarop werd hij den pelgrim toegereikt, die na een diepe buiging er eenige druppelen van proefde. "Neem deze gift aan, vriend," vervolgde de Jonkvrouw, hem een goudstuk aanbiedende; "uit erkentelijkheid voor uwe moeielijke reis en uit eerbied voor de heiligdommen, die gij bezocht hebt." De pelgrim nam het geschenk met eene tweede nederige buiging aan, en verliet toen met Elgitha het vertrek.

Charis, Menedemus' dochter....? Een aardbeving....? Ik heb er niets van gemerkt in deze streken! Wij geen van allen.... Charis, zeide Dionyzius met zekeren eerbied. Vergeef ons, dat wij uw bruidegom aanzagen voor een ezel. Ik zie, dat ik mij nu vergis. Uw bruidegom is een held, al is zijn vorm ook niet gewoon menschelijk.

Men wordt eerst haast verblind. Daarginds nog bijna ongerepte natuur in al haar ruwheid en ontzagwekkendheid, en hier juichende blijheid, een verbazende ontplooiing van alle krachten, een grootsche openbaring van kunst en natuur, een historie, die ons door monumenten en trotsche gebouwen nadrukkelijk predikt, dat wij voor het verleden eerbied moeten hebben.

Woord Van De Dag

kei

Anderen Op Zoek