Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 29 november 2025


En dit behoeft ook niet, als we maar inzien dat die twee heeren niet zeer veel méér eerbied dan ik kunnen hebben voor elkanders juridische rechtgeloovigheid en dus kostbare getuigen zyn in m'n aanklacht tegen het «vak» dat zy als specialiteiten vertegenwoordigen.

Zoowel hij als de scheepskapitein, Andreas Martin, behandelden den admiraal, gedurende de reis, met den diepsten eerbied. Zeer gaarne zouden zij hem de boeien hebben afgedaan, maar de admiraal wilde dit niet, en zeide trotsch: "Neen; Hun majesteiten hebben mij schriftelijk bevolen mij aan alles te onderwerpen, wat Bobadilla in hun naam zou bevelen.

In een ander opzigt hoop ik, dat wij Friezen te veel eerbied voor onze geschiedenis, voor ons zelve en voor onze christelijke verpligtingen jegens elkander zullen hebben, dan dat verschil van meening over sommige historische punten ons zou verlagen tot een hatelijk twistgeschrijf en openbare beleedigingen, waarin nijd en wraakzucht soms eene afschuwelijke rol spelen.

In het begin en ook gedurende de eerste jaren, was het een zekere vrees, die mij op een afstand van hem hield; thans was het een gevoel van eerbied, dat hij in mij opwekte.

Blijkbaar behoefde het hun niet de minste moeite te kosten, om ons te berooven van alles wat wij hadden. Ik begon zekeren eerbied te gevoelen voor een volk, dat, zich zijner kracht bewust, daarvan toch geen misbruik maakt, en dat, ondanks de sterke verzoeking, toch de karavanen ongehinderd zijn land liet doortrekken, zonder iets anders te vorderen dan een zeker transito-recht.

Een schoone vrouw, in sierlijk rijgewaad gekleed, en welke men, zoo aan haar uiterlijke, als aan de eer, welke men haar bewees, voor de Gravin van Holland herkende, trad vooruit, aan de hand van een edelman van ruim vijftig jaren, wiens deftig mannelijk voorkomen wel geschikt was om ontzag en eerbied in te boezemen.

Men moet het gezien hebben om te weten met welken eerbied zij hunne houten afgodsbeelden naderen, en met welke stuiptrekkingen en verdraaiingen van het lichaam hunne gebeden gepaard gaan.

Ook waar zijne gebreken erkend worden, blijven er in hem genoeg voortreflijke hoedanigheid over om ons den diepsten eerbied voor zijne beginselen en geestkracht af dwingen.

Grooter nog zy die eerbied voor hem dan voor den geleerde die minder moeielykheden te overwinnen had omdat hy, op verren afstand zonder aanschouwing, minder gevaar liep te vervallen in de dwalingen die 't gevolg zyn eener gebrekkige aanschouwing zooals onmisbaar ten-deel viel aan den gewezen Gouverneur-generaal.

BERNICK. Ja, ja, dat kan zijn; maar heeft hij dan geen eerbied voor het groote kapitaal dat er mee verloren gaat? KRAP. Aune heeft maling aan het groote kapitaal, mijnheer Bernick. BERNICK. Zeer juist; hij is een drijver en een onruststoker; maar zoo iets gewetenloos als dit.... Hoor eens, mijnheer Krap, die zaak moet nog eens onderzocht worden. Geen woord er over tegen wien ook.

Woord Van De Dag

kei

Anderen Op Zoek