Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 november 2025
De Ondatra bewoont de landen van Noord-Amerika, die tusschen 30 en 60° N.B. gelegen zijn. Het veelvuldigst komt dit dier voor in het waterrijke Canada en in Alaska. De met gras begroeide oevers van groote meren of van breede, langzaam stroomende rivieren, van stille beken en moerassen, zijn de verblijfplaatsen van deze om zijn vacht zeer gezochte Rat; het liefst echter vestigt zij zich aan de kanten van niet al te groote, met riet en waterplanten bedekte vijvers. Hier bewoont zij een bepaalde plaats en vormt met andere dieren van haar soort tamelijk innig verbonden familiën of volken. Haar levenswijze komt in vele opzichten met die van den Bever overeen: de Indianen noemen daarom deze beide dieren broeders, en beweren, dat de Bever de oudste en schranderste, de Muscusrat de domste van de twee is. De woningen zijn, evenals die van den Bever, eenvoudig onderaardsche kamers met verscheidene uitgangsbuizen, die alle onder den waterspiegel uitkomen, of hutten boven den grond. De laatstgenoemde, die vooral in noordelijke streken aangelegd worden, zijn half-kogelvormig of gelijken op koepels; zij rusten op een modderbank en verheffen zich dus boven den waterspiegel. De wanden dezer hutten worden van zeggen, riet en biezen vervaardigd, welke plantendeelen door slib met elkander verbonden zijn; eenige onderzoekers beweren echter, dat de geheele hut aanvankelijk uit slib bestaat, en zich langzamerhand eerst bedekt met een laag van gras en biezen, doordat deze er tegen aan drijven. De hut bevat slechts één kamer, die een middellijn van 40
IJverig bestudeerden zij de omwentelingen der roulette, wanneer de hand des croupiers in het laatste kwartieruur van haren dienst vermoeid raakte; zij stapelden maximum sommen op de nummers, die maar niet uit wilden komen; zij verwarden de meest eenvoudige combinatiën met de meest samengestelde; zij hoorden de raadgevingen aan van oude ongeluksvogels bij het spel, die zich thans voor professoren in de edele kunst uitgaven, en volgden die blindelings; zij wendden de domste pogingen aan en pleegden de meest bijgeloovige handelingen, die den speler tusschen het kind, dat zijn verstand nog niet heeft, en den idioot, die het voor altijd verloren heeft, eene plaats aanwijzen.
Zulk een ontaarding wordt opgemerkt bij den Poolvos, die zeer veel overeenkomst met ons Reintje vertoont, maar zich toch door levenswijze en gewoonten aanmerkelijk van hem onderscheidt; hij is een der onnoozelste en tevens een der indringerigste, een der domste en toch een der sluwste leden van het Vossengeslacht.
Ze babbelde zoo ongedwongen met al die Kruckers, ze toonde zich zoo geheel-en-al op de laagte van de rest, ze scheen zoo volkomen tevreden met de toejuiching waarmee de plompe Pompile haar domste uitvallen vereerde... kortom, Wouter wist niet hoe hy 't had met z'n Dame. Hy zou er veel voor gegeven hebben, haar 'n oogenblik alleen te spreken... hm, 'n voetval zou er niet kwaad by staan!
Zoo dichtte 't dichtertje z'n eindelooze gedicht verder en de domste vrouw kan dat meedichten. Maar bij elkaar komen konden ze niet en dat was misschien juist 't mooie. Bij de Hobbemastraat keek haar man even naar den conducteur en direct ging die z'n hand naar de schel. En ze stond op en liep achter haar man door de tram, correct en statig en zag niemand.
Een boerenknaap, die niets gezien heeft en niets weet; deze komt bij een aap en hij is veel onhandiger en veel onwetender dan de aap, vandaar de tweede titel. "De domste van de twee is niet dien men denkt."
Talrijke slaven hielden zich met veldarbeid bezig, den sorgho kweekende, eene soort van gierst, die het voornaamste deel van hunne voeding uitmaakt. De domste verbazing teekende zich op hun gelaat bij het verschijnen van den ballon, die als een luchtverheveling voorbij ging.
Hoe ook opgevat, de slag was zwaar voor Wouter's eigenliefde. Hy was dom, dommer, allerdomst, de domste van allen. Leentje zelf had het nu gezegd. Maar de man zei toch... Gut, Wouter, de menschen liegen zoo! Wist je d
En de negers en mulatten houden zich ten volle overtuigd, dat deze scalawags de waarheid spreken. Arme drommels! zij kunnen lezen noch schrijven. In hunne jeugd waren zij slaven. Van politiek en geschiedenis hebben zij minder begrip dan de domste boerenarbeider in Engeland.
Het Arabische kleed moet men, om zoo te zeggen, van jongs af dragen om het goed te doen. De domste Arabier zou onder den kapmantel dadelijk den Christen herkennen. Die schilderachtige ongedwongen manier om een eenvoudigen mantel te dragen is voor ons niet mogelijk. Wat dan gedaan? vroeg de kapitein. Wat zoudt ge denken van de Moorsche kleeding? Mij dunkt, dat zou beter gaan.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek