Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 mei 2025
Ze vergeleken hun horloges; de oude pedel klopte 'm goedig op z'n rug: 't zal wel losloopen. Maar hij maakte zich ongeduldig uit de belangstelling los, liep 't kamertje in om water te drinken, ging toen in de deurpost staan. De anderen bleven onder elkaar overleggen, vroegen de juristen, wat ze er van dachten; en hij werd 'n beetje spraakzamer, noemde 'n paar dingen, die hij niet had geweten.
Zij wankelde door de kamer en kwam bij haar vader en donna Elisa, even doodsbleek als de vermoorde Giannita. Zij was zoo zwak, dat zij het niet waagde te loopen, maar bij de deur bleef staan en tegen den deurpost leunde. "Hier ben ik," zei zij, "donna Elisa, hier ben ik " De woorden wilden niet over haar lippen komen. Zij wrong de handen in vertwijfeling, omdat zij niet kon spreken.
De eerste steeg week wijd-zwart in den wand en duisterde achter hem dicht; een deurpost paalde met zijn hoogen drempel er onder en voorbij; toen zwenkte Vogel, latend den gangenden lantarendrager, op den lichtschraai af die midden in de steeg Sivory's kroeg uitwalmde. "Een glaasje op onze gelukkige ontmoeting, is 't niet?" zei Vogel.
«Ieder zijn meugt," antwoordde de hovenier. Hij zette de lantaren voor op de kisting en ging leunen tegen de deurpost. Oogenblikkelijk waren de bloemen gaan veranderen toen het licht dansende en schuivend verwijderde.
Gij begrijpt 't nu." Cosette begreep niets. "Gij hebt gelijk," zeide zij. Ondertusschen reed het rijtuig voort. Toen Jean Valjean aan zijn deur hoorde kloppen, wendde hij zich om. "Binnen," riep hij zwak. De deur opende zich. Cosette en Marius verschenen. Cosette vloog de kamer binnen. Marius bleef op den drempel tegen den deurpost staan.
Angstig-timiede, hield ze zich vast aan den deurpost, den schuier onnoozel bewegend. Nooit kwam ze 't huis uit of 't was voor de kindren. Ze scheen eene ingeschapen moedertjes-toewijding te bezitten niet hechtend als andere meisjes aan 't loom-vadzig drentlen op Sjabbes.
Iemand in een deftige jas en met een welwillend gezicht neemt, zich naast den kuil opstellend, den hoed in de hand. Allen ontblooten het hoofd. Omhoog sterft het klokgebom met den wanhoopskreet weg. De klokluider komt in den deurpost van het kerkportaal staan. Die nevens den kuil vangt een rede aan.
Maar, zie dien man eens. Gij ziet dat ik mannen van den Padischa bij mij heb. Een half en half als militair gekleede persoon was in de deurpost verschenen. Aan de gezichten was te zien, dat die twee broers waren. Ook hij leek mij iemand te zijn, dien men met geen vriendelijke praatjes moest aankomen. Wat is er? Wat wil die vreemdeling? vroeg hij den huisheer. Ik weet het niet, antwoordde deze.
Op een namiddag, die, zooals men zien zal, eenigermate samenhangt met de hiervoor verhaalde gebeurtenissen, stond de "arend van Meaux," behagelijk tegen den deurpost van het café Musain geleund. Hij leek veel op een cariatide die vacantie had; want hij droeg niets dan zijn peinzerijen. Hij keek het plein St. Michel rond.
De geiten waren de hut ingeloopen, en toen ik mij onder den lagen deurpost gebukt had, verwelkomde mij eene vrouw met een knaap, die met beide handen zich aan hare rokken vastklampte; eene krachtvolle vrouw, in hare gestalte eenigszins tot den mannelijken vorm naderend.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek