Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 5 juni 2025
"Coba is niet sterk oom;" zegt Helmond en ziet den pleegvader belangstellend doch met verwondering aan. "Omdat ik niet aan den medicijnwinkel hecht August, daarom bevreemdt het je dat ik je over Coba's gezondheid spreek. Wat ik voor me zelf niet zou doen, dat doe ik voor m'n kind; en met het oog op je aanstaande reis vond ik het beter om je 't nu maar eens te vragen.... 't Kon dacht me geen kwaad.
't Was hem plotseling alsof er in 't geheel geen reden tot vreeze meer bestond, en terwijl nu de hoop zijn liefde voor dat kind te sterker doet opvlammen, legt hij, straks opgestaan, zijn beide handen op Coba's teedere schouders, en zegt met de innigste verrukking, ofschoon uiterlijk kalm: "Ik geloof waarlijk dat je een heelen boel beter bent Coba. Nu dat dacht ik ook wel.
Terwijl Van Barneveld Coba's brief in den zijne sluit, en, nog eens naar haar opziende, weder dat lachje om haar lippen bemerkt; nu hij plotseling een geheim in dien brief vermoedt, 't welk op een verrassing voor hem zal uitloopen, nu kan hij toch niet anders dan in stilte erkennen, dat er sedert gisteren wie weet, na dat getrouwer innemen en dat heerlijke slapen iets in die bleeke kleur is gekomen wat men leven mag noemen.
Is het nu goed klein meisje? Ga nu en slaap nog wat." Op het oogenblik dat Jacoba de kamer zal verlaten, hoort ze zich terugroepen. Van Barneveld ligt weder met het aangezicht naar den muur gekeerd; doch met de hand naar Coba's zijde tastend, herneemt hij: "Als er soms nog iets voor dat monument mocht noodig zijn, zeg dan aan tante dat ik...."
't Was zeer verklaarbaar dat hij mede de onderstelling heeft herhaald, of ook Helmonds huwelijk eenigen invloed op Coba's zenuwgestel kon hebben uitgeoefend. Ofschoon Coba bijna tien jaren jonger was dan hij, zoo waren ze toch, vóórdat August naar de academie ging, in Van Barnevelds huis als kinderen te zamen geweest.
Had hem ook reeds een heimelijke vrees vervuld, vooral op den morgen toen Coba zooveel bezorgdheid toonde dat de brief, dien zij aan August had geschreven, door hem haar eigen vader zou geopend worden; ach, toen zuster Hermine, nadat Coba stadwaarts was gegaan, hem een doormidden gescheurd papier 'twelk zij op Coba's schrijftafel vond, had doen lezen, toen.... toen heeft hij wel moeten gelooven dat een steeds met kracht verborgen en nu hopelooze liefde voor August, zijn Coba lijden, en, zoo God het niet verhoedde, verkwijnen deed.
"Ah zoo, was jij daar lief meisje; ik dacht.... ik droomde.... Als Hendrik naar stad gaat dan moet hij de boodschap bij Zoutenheer brengen.... dat ik.... wachten zal.... totdat...." "Totdat u weer beter bent; jawel dat is goed beste pa;" zegt Coba, en in de tranen die ze schreit mengden zich ook tranen van dank en van vreugd, De grijze generaal drukt Coba's hand, en trekt haar nader tot zich.
Ja, die neef van den generaal is een knap mensch. Wat een verschil van kleur met juffrouw Coba! En juffrouw Coba's postuurtje, och lieve hemel, denkt Hendrik terwijl hij nu weer in de straks verlaten richting tuurt schuinsrechts op het landschapvak met een herder en herderin onder een boom, och lieve hemel, heel wat anders dan die juffrouw daar met den saamgepersten boezem in het gele keurslijf.
Ja maar! er kon iets anders zijn. Er kon iets anders leven in Coba's boezem! En, 'tgeen mevrouw niet heeft uitgesproken, dat heeft Van Barneveld toch aanstonds moeten raden; Hoe, wat! zou zoo iets mogelijk wezen....!? En zuster Hermine heeft nogmaals zeer sterk, zoowel haar schouders als wenkbrauwen naar boven getrokken. En, zij zou er zekerheid van hebben, dat beloofde ze vast.
't Mocht dan bij den "burgerlijken stand" en zelfs aan den generaal bekend zijn, dat hij den elfden April zijn vier en veertigste jaar is ingetreden, juffrouw Coba's terughoudendheid heeft hem wel degelijk gezegd, dat ze hem zooals iedereen op 't allermeest voor een zes en twintiger hield. O, welk een overheerlijk uur heeft hij gesleten!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek