United States or Myanmar ? Vote for the TOP Country of the Week !


En het zwaard hoog geheven in de rechtervuist; gebeurde dit niet alles zoo snel als het niet is te zeggen of te zingen door vinder of minstreel? Naar Camelot! riep Gawein den baroenen toe, die stegen weêr op en het was een hevig gevecht tusschen de baroenen en hunne schildknapen met de Noordhumberlanders.

De jonge held reed terug naar Camelot door de bloeiende velden, door de in jeugdig groen prijkende bosschen, waar de vogels hun vreugde uitzongen over den terugkeer der lente, en werd weer in genade aangenomen door zijn vorst. Nu volgde een tijd van vreugde en zorgeloosheid voor Balin.

Niet anders, o wellieve Gwinebant, dan uw liefde te dienen, zoete knape! Lancelot, ga terug tot Camelot, en laat mij Gwinebant. En gij, Gwinebant, vertrouw Merlijn, die nie een kwade toovenaar en was, en stijg deze nacht nog mede op mijn fenix.... Zoo voer ik u tot Ysabele! De jonge ridder gaf een kreet van geluk. Tot Ysabele! Tot Ysabele! riep hij uit.

Zoo als hij tien jaren geleden ook tot Camelot gekeerd was, met Scaec en Jonkvrouwe beiden, lace, zijne eerste Ysabele, die verscheiden was met Sinte Marië's gratië...

Met niemand meer, Ywein, verzekerde Merlijn; want alleen grootste tooverconste kan deze aansluiting van slot tot slot bewerkstelligen en met Camelot, lace, zoude het niet en mogelijk zijn omdat onzes Heeren Konings burcht een huis is naar al te oude zede en costume gebouwd, en niet abel voor onze laatste uitpeizinge van tooverië.

Rondom de ridderen van Tafel-Ronde? Ik en weet niet, zoete jonkver, zeide Amadijs. Waart gij nie tot Camelot? Ik en was nie te Camelot.... Zaagt gij nie Guenever, die is vol van deugden, die "fonteyne aller schoonheden"?

Deze honderd nu en de Tafel zelve wil ik aan koning Arthur afstaan als blijk mijner ingenomenheid met het huwelijk mijner dochter. Wat dunkt u, zou een dergelijk geschenk den vorst welgevallig zijn?" Vol vreugde dankte Lanceloet koning Leodogran uit naam van zijn heer voor zijne kostbare gift en den volgenden morgen vroeg werd de reis naar Camelot ondernomen.

Zij koos den kortsten weg naar Camelot, waar zij haar intrek nam bij een haar bevriend gezin. Zonder haar gastheer en gastvrouw in kennis te stellen met het doel harer reis, dwaalde zij den ganschen dag in den omtrek van de stad rond. Zij had de stellige overtuiging, dat hij, dien zij zocht, zich niet ver van de plaats zijner verwonding zou bevinden. En ziet haar verwachting werd niet beschaamd.

Ysabele nam dit dankbaar aan en kwam tot Camelot. En Merlijn, die wel eens aan kwam zweven op blauwen fenixvogel, maakte, dat de beide koninginnen iederen nacht droomden van hare Koningen en dat er twee wondertrompetten stonden op tafel, de eene vol van Koning Lancelots milde, diepe stem, de ander vol van Koning Gwinebants nachtegaalklaar geluid.

Ysabele was opgestaan, trad een pas nader en luisterde in zoete verrukking naar de stemme van koninginne Guenever. Maar Lancelot riep uit, smartelijk en toch bedwongen: Lace, mijne zoete vorstinne! Ik en kan nog niet keeren tot Camelot!