Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 mei 2025


Een versmachte kreet ontsnapte hem; hij greep Burchard den arm en zeide: "Ondersteun mij, ik ga vallen." "Wat, wat is u geschied?" vroeg zijn gezel. "Ik heb mijn deel ... hier een pijl, dwars door mijne borst ... het is gedaan met mij." "O, God!" kreet Burchard. "Gij, Elstrunc, mijn vriend, gij zoudt sterven? Neen, neen, heb moed, geloof het niet!" "Moed?" schertste de bezwijmende Elstrunc.

"De koning van Frankrijk en de voornaamste ridders, die hem omringen, moeten zich sedert eenigen tijd met de zaak der Kerels bezighouden; want zij spreken er van en beslissen den twist met de Walsche spreuk: pas de terre sans seigneur, geen grond zonder heer". "Bij Loki en zijne horens! wat is dit voor eene taal?" riep Burchard. "Is elk vrij man niet meester van den grond die hem toebehoord?

"Wee, wee, de graaf is vermoord!" kreten zij. "De graaf vermoord? Graaf Karel?" "Hij ligt in St-Donaas met gekloofd hoofd!" "Wie, wie zijn de moordenaars?" "Eilaas, het is gruwelijk! Houtkerels van Eerneghem ..." "En Burchard Knap?" "Ja, Burchard ... Wat schromelijk ongeluk!" "Hemel, ik wist het!" zuchtte Robrecht met gebogen hoofde.

Daarenboven, gij hebt hem hooren wegloopen, zooverre dat het gerucht zijner stappen geheel en zachtjes uitstierf. Wie leert zulke dingen aan mij, Ivo-den-wolvenjager?" "Laat ons zwijgen", onderbrak Burchard. "Hoe het zij, gaan wij met voorzichtigheid en in stilte!"

"Ja, die is in den stal op een paard gesprongen en is langs de Hoogpoort weggereden, als hadde hij den duivel achter zich ." "Zoo, zoo! En de zonen van mher Tancmar?" "Die zijn beiden niet in het paleis geweest en slapen waarschijnlijk nog, indien de helsche storm, die er op den burg heerscht, hen niet heeft gewekt." "Volgt mij, gezellen!" kreet Burchard.

Laat hem dan verantwoordelijk blijven voor den moord, en pogen wij, van onze zijde te beletten dat onze vijanden deze gelegenheid waarnemen om het geslacht der Erembalds te verderven en Kerlingaland in eeuwige slavernij te dompelen." "Ik ben bereid tot alles, heer oom", antwoordde Robrecht, "maar aan de zijde van Burchard niet.

Deze kroon moest nog ten prijze van veel bloed misschien, en door zegepralen gewonnen worden. Zou mher Willem toestemmen om deze kans te wagen? "Twijfel er niet aan", antwoordde Burchard.

"De graaf weet dat gij van de onzen zult zijn. Hij zelf duidde u aan." "Hoe is het mogelijk, Burchard? Kent hij mij?" "Wie kent u niet onder de ridders van Kerlingaland?" "In alle geval, ik zal bewijzen dat ik zijn vertrouwen waardig ben. Vertrekken wij!" Toen zij bij de poort waren en in de straat zouden stappen, fluisterde Burchard: "Zwijgt nu en volgt mij.

Baudewijn Van Aelst gaf den wapenbode bevel om, buiten den dam, tot aan den voet van den muur der proostdij te naderen en daar de bazuin te blazen. Hij volgde hem zonder vrees met twee andere ridders. Na eene wijl verschenen de oversten der Kerels boven den muur: Bertulf de proost, zijn broeder de kastelein, zijn neef Burchard Knap, Yorg Koevoet en eenige anderen.

"Ten eerste, wij bevelen dat de burcht te Straten, ten koste van den veroordeelden Burchard Knap, weder zal worden opgebouwd zooals hij te voren was.

Anderen Op Zoek