United States or Dominican Republic ? Vote for the TOP Country of the Week !


O ja, complement van menheer Kippelaan," vervolgde de man: "en of u van avond na sluiting plezier hadt om een kopje thee bij hem te komen drinken?" Op het bovenportaal eener kleine woning aan den Buitenkant te Amsterdam staan twee mannen; de een staat bij de deur der kamer, waaruit hij zooeven gekomen is; de ander op de bovenste trede der steile trap met de hand aan de leuning.

Het eene eind wordt op stevige wijze om de kei gebonden. Ginds staat de deur van een bovenwoning open. Wij er heen. Een van ons trekt zijn schoenen uit, neemt de kei in zijn linkerarm, de schoenen in de rechterhand, en sluipt op zijn kousen de trap op, naar 't bovenportaal. Een ander heeft beneden het touw vastgehouden. De indringer staat doodsangsten uit.

En aan den overkant, vlak er op, woonden de vele gezinnen in die slechte huizen, waar weer verdieping op verdieping als gestampt op elkaar drukten. Op het bovenportaal blafte 'n hoest ons al tegen; daar moesten we dan zijn. 'n Groote donkere Jodenvrouw, met stekend-zwarte koortsoogen, leunde over de tafel en hoestte haar aanval uit, eer ze ons hijgend te woord kon staan.

Voordat hij aanklopt aan de deur, die in het schier geheel duistere bovenportaal bijna onzichtbaar is en alleen door een flauwe lichtstreep onder aan den drempel wordt aangeduid, trekt hij zijn jas een weinig naar beneden, slaat zijn natten hoed een paar malen uit en strijkt de enkele haren, die aan zijn slapen welken, glad.

Maar de wind die buiten gierde, scheen ook, een weinig, hare gramschap te verstuiven en zij wist niet goed meer, wat zij zeggen wilde, nu zij vreesde, dat er ergens een raam openstond, of dat de schoorsteenen van het dak zouden waaien. Gerard! Mina! riep zij van het bovenportaal. Zij antwoordden beiden. Weet je zeker, dat alles goed dicht is? O ja, mevrouw!

Eerder dan men verwachten kon heeft de dokter zich hersteld. Snel zijn kamer verlatend is hij op het breede bovenportaal naar het raam gegaan 'twelk op 't marktplein uitziet. Het raam opgeschoven, roept hij naar buiten: "Wie daar?"

Trouwens het geluk diende ook mij, want, tijdens een haastig middagmaal mij even op het bovenportaal van het Hotel bevindend, zag ik hoe juist iemand door mej. Tuin, de dochter van den hotelhouder, die den geredde verpleegde, tot hem werd toegelaten. En ik zou geen goed journalist zijn geweest als ik toen niet was meegegaan.