Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 9 juli 2025


Helaas, toen zij zich bukte, om haar gelaat te zien, raakten de krullen, die niet goed vastzaten, los en vielen in het stroomende water. Reneetje, op het gras gezeten, vervuld van spijt en boosheid en teleurstelling, schreide heete tranen, tot de wind haar deze verstandige woorden in het oor fluisterde: "Wat uit het water komt, moet tot het water terugkeeren."

Maar Johan lachte den glimmenden vent om zijn boosheid wat uit, en ging verder.

Zij zal vooral de eeuwige waarheid luide verkondigen, dat de hoogste Wijsheid in edele daden zelve hare belooning, gelijk in slechte daden de onvermijdelijke straf der boosheid zelve gelegd heeft. Zij zal ons met bemoedigende gevoelens vervullen voor de hoop der toekomst, daar zij aanwijst hoe met elk geslacht de toestand, de zeden en de beschaving des volks zijn verbeterd.

Hij behield echter zijne volle tegenwoordigheid van geest en handelde, na aan zijne boosheid lucht te hebben gegeven in woorden, die voor ons juist niet zeer vleiend waren, als een omzichtig veldheer. Die ezel van een geneesheer, die aanstonds kwam aanloopen, zwoer bij hoog en laag, dat Bartja reddeloos verloren was, voor welk bewijs van doorzicht ik hem een pak slaag heb gegeven."

Een schaterende lach begroette des vaders toorn, en hij zag genoegzaam, dat zijne bedorvene kinderen noch aan zijne macht, noch aan zijnen wil geloof gaven. De zoon naderde stoutelijk tot bij de deur en poogde zijnen vader met geweld er van weg te rukken..... Hier volgde nu een tooneel van onnoemelijke boosheid, welks beschrijving ons walgt.

Jelui moet wel een slechten aanvoerder hebben, die je laat rooven en moorden op die manier. Jelui moesten een ander leven beginnen, want ik kan jelui dit wel zeggen, dat de menschen zóó genoeg van jelui boosheid hebben, dat ze met alle macht probeeren je uit te roeien. En dan zal het wel gauw met jelui gedaan zijn."

Wij prijzen u hemelhoog, want gij hebt de boosheid van uwen vijand geketend. Wij prijzen u, wij aanbidden uwe majesteit, o Horus van Edfu, Horus de Wreker!" Koning Ra regeerde over de Twee Landen.

"Alles is mij zelven een raadsel," ging Van Bergen voort: "God alleen is het bekend, waarom de boosheid tot heden zulke dichte netten om mijn levensgeluk heeft moeten werpen.

Jan leunde zich nog eens wat beter in zijn stoel, en sloeg de armen over elkaar. Gooi je eigen glazen niet in, vermaande hij bedaard. Hier zit ik, ik kan niet anders, God helpe mij, amen. Max bedaarde. Zijn woede was veel meer innerlijke opwinding, dan werkelijke boosheid. Zijn overbruisende vreugde móest zich in geweld uiten, op welke wijze dan ook.

Schreeuwend ijlt Andromache de stad door naar Priamus; als de oude man haar aangehoord heeft, zucht hij bang en diep, kijkt voor zich heen, tranen biggelen op zijn kin en kleêren; met moeite stijgt hij te paard en rijdt weg. Midden op de straat treft hij zijn zoon, »zwetend van boosheid", met een rood gezicht en opgezwollen ogen, alsof hij geweend had.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek