Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 juni 2025
Mie-Wanna had dus besloten, Bolderhout te verlaten en met haar huisgezin naar de stad te trekken. Wat ze daar ging doen, wist ze niet wel. Misschien dreef eene onbestemde zucht om nader bij haren man te zijn, haar aan tot het nemen van zulk gewichtig besluit?
Waar de steenweg naar Bolderhout over de spoorbaan loopt, stond een gemetseld wachthuisje, schier te nauw om het bed te bevatten van den man, die gelast was bij den doortocht der treinen de barreelen toe te schuiven. Deze bediende moest tevens op een boogschot van daar nog eenen tweeden weg bewaken en intijds afsluiten, om alle ongelukken te voorkomen.
Vader is vrij!" herhaalden zijne kinderen, en zij huppelden hem achterna met kreten van blijdschap en zwaaiden jubelend hunne mutsen in de lucht. Des anderendaags in den morgen scheen het te Bolderhout kermis te zijn. De dorpelingen in hun zondagsgewaad wandelden opgeruimd over de markt en op den grooten steenweg.
Ongetwijfeld waren dit de personen, welke men te Bolderhout plechtig wilde inhalen; want de krielende menigte begon zich bij den ingang des dorps op te hoopen en de lucht met blij geschater te vervullen. De koets naderde. Daar ontsnapte den verschietenden dorpelingen een angstkreet.
Heden, zoohaast gij uwe vrijstelling hebt bekomen, breng ik u allen naar eene goede herberg in de stad, en daar zult gij blijven, totdat ik te Bolderhout eene woning voor u heb doen bereiden." Jan Verhelst en Mie-Wanna vlogen elkander meer dan eens in de armen en mompelden woorden van vreugd en dankbaarheid. "Ach, hoe kan het lot van een mensch zoo keeren!" zuchtte de vrouw.
Ik heb slecht jegens u gehandeld, omdat ik u schuldig waande; maar nu wil ik zooveel mogelijk het kwaad en de schade herkoopen, welke gij door mij hebt geleden. Laat uw toekomend lot u niet meer bekommeren. Ik ben reeds naar den bestuurder van den ijzeren weg geweest, om u in uwen post te Bolderhout te doen herstellen.
"Gij zijt des baanwachters vrouw van Bolderhout, niet waar?" vroeg hij. "Ja, mijnheer, om u te dienen," was het antwoord. "Komt gij van het dorp?" "Wij hebben het dezen morgen verlaten." "Zeg, vrouw, hoe gaat het met den notaris?" "Slecht, mijnheer, zeer slecht. Hij is sedert het ongeluk altijd zonder kennis of spraak gebleven. Gisterenavond scheen hij een beetje tot zijn verstand te komen.
De sleuteldrager sloot de cel toe, en de substituut verliet de gevangenis met ware deernis in het hart. Dienzelfden voormiddag verliet een ongelukkig huisgezin het dorp van Bolderhout. Mie-Wanna, de moedige vrouw van den baanwachter, stapte vooruit in den aardeweg, met het kleine Barbeltje op den arm. Driesken liep aan hare zijde.
De lieden van Bolderhout hebben mij vermaledijd en wilden mij met slijk werpen; nu betichten zij mij van dronkenschap; de zoon van den notaris, die mij achting toedroeg en mij meer dan één bewijs zijner goedheid gaf, eischt mijne veroordeeling! Ach, zou er dan in het hart van den besten mensch zooveel onrecht en boosheid verborgen liggen?"
Was het niet het droevig lot onzer kinderen, het verlies van mijnen post te Bolderhout en, eilaas, het verlies mijner eer, ik zou met verduldigheid mijn vonnis aanvaarden.... Hebt gij reeds overwogen, Mie-Wanna, wat gij gedurende den tijd mijner gevangenis zult doen?" "Ik zal mij de vingers van de handen werken, Jan. En met Gods hulp...."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek