Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 juli 2025


Eensklaps klaarde in de verte een zachte schijn. Het waren in de heksennacht de velden der zilver-asters en aan het einde dier velden bleekte Clitifo's blanke huis.

Haastig te rote dretsten voorbij de langhalzige fabriekwroeters. Matelijk scherrebeende hun beenderig lijf naar voren, en erlangs wapperde in gelijke schokjes hun blauw-katoenen veste. De meisjes taterden ondereen en een lach schaterde altemets boven hun beweeglijk groepje, terwijl even opstraalde de bleekte van die gezichten alteenegaar.

Ysabele.... murmelde Gwinebant, de oogen toe, half reeds in slaap. Maar de ronde bogepoort opende zich geluidloos, de twee jonkvrouwen trokken zich in den kaarsenschijn tusschen de rozenslingers terug; de poort schoof toe.... En de beide trouwe ridders sliepen en droomden, terwijl bleekte aan de kleurige ruiten de blauwe maan....

Na 't eten, rommelden Rebecca en Mijntje den vatenboel bij mekaar. De kou van 't huis lei om 't eenig verwarmd kamertje. De wind schoot met fluitingen over de binnenplaats, deed de deuren rammelen alsof 'r geklopt werd. Bij de kachel, de voeten tegen den aschbak, zaten de mannen, Poddy's natte cigaretten rookend, dat de lamp in melkwitte nevelen bleekte.

Maar op eens, terwijl zij haar brieven schikte, viel uit die verkleurde bladen een klein stukje karton op den grond. Zij bukte zich, raapte het op... en eene doodelijke bleekte overtoog heur gelaat, terwijl haar oogen met ontzetting staarden! O! kreunde zij, als reet er een oude wond zich in hare ziel open. O!.... O, God! Het was een klein portret van Otto in medaillon-formaat.

De boel werd luidruchtiger. De dronken vrouwen sleurden, schreeuwend, 't uitkrijschend van lachen een der muzikanten rond. Ze drongen hem van de beenen, droegen hem voort, brullend en schaterend, terwijl de kleine, magere, molmen man, die de bleekte en uitdroging had van een teringlijder, trapte en spartelde om uit de armen der uitgelaten wijven los te komen.

Het denkbeeld om Jozef haar kamer binnen te brengen en hem alles daar te laten kijken bekoorde haar erg. Dat Jans iets zoû denken, viel niet in haar; Jozef was een oude huisvriend. Toch een beetje aarzelend ging zij hem vóor, en ze werd in-éens heel rood, toen zij zijn stap achter haar hoorde, zoo hoog in het huis, de trap op. Maar de kleur bleekte zachtjes op, toen zij haar deur openduwde.

Ze opende dan endelijk hare oogen, keek heel strak Goedele aan, en haar gezicht werd grauw-rood van het danig geweld. Ze zakte seffens in het witte kussen weg. De matte bleekte herkwam over geheel haar hoofdeken en hare handjes vielen onbeweeglijk op de sargie. Zij en roerde nu weer niet. Hare oogen waren beloken en de blauwe randjes waren blauwer geworden. Asemde ze?

De blosjes, die voortijds zoo liefelijk een verve legden op hare kaken, waren weggezonken in de algemeene bleekte van heur aangezicht. Ze stamelde: Ik kan niet ... ik kan niet, jongen.... Hij streelde hare vingeren. Hij beweerde dat ze wel kon, als ze zich nu eens een beetje dwingen wou. Ze moest geen groot geweld doen en haar eigen niet bezeeren. Alleen toegeven, en redelijk zijn....

Van uit zijn kamer zag hij het vruchtbaar dal dat achter de stad zich strekte en de hellingen der heuvels daarachter zich welven en de flauwe lijn van den bergrug in het noorden die den horizon sloot, een lange kam tegen de gouden bleekte der avond-lucht. Hoeveel zachter was dit alles dan Genève, hoe innig en klaar!

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek