United States or Peru ? Vote for the TOP Country of the Week !


Daar hij nochtans zag, dat hij slechts een dienaar en niet een ridder voor zich had, antwoordde hij met de grootste bedaardheid: "Laat mij met vrede, mensch! Zoo gij een ridder waart, zou ik u tuchtigen, maar nu pak u weg, onbeschaamde lijfeigen hond!" "Wacht!" riep de Biscayer, "ge zult zien, met wien ge te doen hebt. Gooi die lans weg en trek het zwaard!

De gedachte aan haar bezielde hem met nieuwen moed, leende zijn arm nieuwe sterkte, en vol woede drong hij op den Biscayer in. Zijne zwaardslagen kletterden op hem neer, en de arme palfrenier zag vol schrik zijne nederlaag te gemoet. Had hij een goed paard gehad, zoo zou hij gevlucht zijn; doch hij bereed een ellendigen knol, dien hij bijna niet van de plaats kon krijgen.

Maar toen hij bleef aandringen, aanbood mij te trouwen en mij liet zien, dat hij in zijn betrekking genoeg terzijde had gelegd, om lang van te kunnen leven, begon ik naar hem te luisteren. Ik was verblind door het goud en de edelsteenen, die hij voor mij uitspreidde en ervoer, dat het eigenbelang de menschen even goed kan doen veranderen als de liefde. Mijn Biscayer werd voor mij een andere man.

Maar ik kende den Biscayer niet, hij had andere plannen. In zijn geest had hij een reisplan opgemaakt, dat hij mij in vertrouwen meedeelde. Hij zei: "Mijn beste Laura, ik ben getroffen door uw smart en ik heb besloten daaraan een eind te maken. Ik weet wel, dat ik mijzelf daardoor in het verderf stort, maar ik kan niet anders en ik wil alleen voor u leven.

Er zijn van die schelmen in de wereld, die er een spel van maken, om een vrouw te bedriegen. De eenige troost, mijn lief kind, is, dat ge volstrekt niet gebonden zijt aan dien schelm van een Biscayer. Al is uw huwelijk met hem goed genoeg om u als excuus te dienen, het is daarentegen ook slecht genoeg om u toe te staan een beter aan te gaan, indien ge daartoe gelegenheid zult vinden."

We willen gauw zien, wiens haan victorie zal kraaien. Trek van leer, zeg ik, en toon wat ge kunt, kale jakhals van een edelman!" Don Quichot geraakte nu in drift. Hij wierp de lans van zich, dekte de borst met het schild, trok zijn zwaard en stoof op den Biscayer los, met het stellig voornemen om hem zonder barmhartigheid den schedel te klooven.

Welken weg Gil Blas van Valladolid insloeg en wat hij zooal onderweg ontmoette. Ik liep zeer snel en keek zoo af en toe eens achter mij om te zien, of die gevreesde Biscayer mij niet op de hielen volgde. Ik was zoo bevreesd voor dien man, dat ik alle boomen en struiken voor hem aanzag en telkens mijn hart van angst voelde kloppen.

Dit luidde: "Aan Don Sancho Panza, stadhouder van het eiland Barataria. Eigenhandig of door den secretaris te openen." "Wie is hier mijn secretaris?" vroeg Sancho, na het adres te hebben vernomen. "Ik, genadige heer," antwoordde een der aanwezigen en trad voor. "Ik kan lezen en schrijven en ben een Biscayer." "Nu, als dat waar is, dan kunt gij secretaris zelfs van den keizer zijn.

De koetsier gehoorzaamde en de zwaarden vervolgden hun werk. De Biscayer bracht zijn vijand een houw over den schouder toe, die dezen van den romp zou gescheiden hebben, ware hij niet door schild en harnas beschut geweest. Desniettemin voelde de ridder de zwaarte van den slag, die hem door alle ribben dreunde, en riep zijne hooge patronesse Dulcinea van Toboso smeekend aan.

Wij reden niet in de richting van Madrid, zooals ik had verwacht, maar naar de Portugeesche grenzen, waar wij aankwamen in minder tijd dan de rechter van Zamora had noodig gehad om bericht te krijgen van ons vertrek en zijn gerechtsdienaren uit te zenden, om ons op te sporen. Voor wij over de grenzen gingen, liet de Biscayer mij manskleeren aantrekken, die hij had meegenomen.