Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 juni 2025
"Komaan, meneer Biggs, ik had u al met de eerste boot verwacht," riep meneer Sawbridge hem toe "vlug wat, asjeblieft, want de ra's zijn nog niet gebrast."
Ook toen nog werd het niet bekend door den bootsman of den konstabel, maar door een hospitaalknecht, die den scheepsdokter kwam verwittigen, dat een van de manschappen gewond bij hen was binnengebracht, maar het heel goed maakte. Meneer Biggs was met een doek om zijn gezicht langs de valreep opgeklommen.
Die beleedigende uitdrukking maakte het bloed van Easthupp gaande en hij nam het pistool aan, dat de konstabel hem voorhield. "Onthoud die woorden goed, meneer Biggs; wat een taal tegenover een fatsoenlijk man! Gij zult van me hooren, meneer, zoodra het schip afbetaald is. Ik verzet me niet langer, meneer Tallboys; liever dood dan eerloos. Ik ben een man van fatsoen, voor den donder!"
Daar hij zijn broek niet vond, schelde hij, in de vooronderstelling dat ze weggenomen was om uitgeborsteld te worden, en om geen tijd te verliezen trok hij zijn overige kleedingstukken maar vast aan. De bediende, die op het geschel verscheen, zei dat hij de broek niet uit de kamer had gehaald en de arme Biggs zat nu leelijk in de klem.
Dit alles was te duidelijk, dan dat onze held het niet zou begrijpen; jack trad dus op den bootsman toe, groette beleefd en zei: "Als ik me niet vergis, meneer Biggs, dan heeft uw gesprek betrekking op mij." "Best mogelijk", antwoordde de bootsman. "Luistervinken hooren zelden veel goeds van zichzelven."
"Maar hoe moet er dan geschoten worden?" vroeg Gascoigne, die schik in de grap kreeg. "Dat komt er minder op aan," hernam de konstabel, "maar voor zeelui dient 't wel met de zon om te gaan; dat wil zeggen meneer Rustig schiet op meneer Biggs, meneer Biggs op meneer Easthupp en meneer Easthupp weer op meneer Rustig; op die manier krijgt ieder zijn schot en dient tevens tot mikpunt voor een ander."
"Hij zal niet kunnen loopen, meneer Tallboys," zei Gascoigne; "het best zal wezen dat we een paar man uit de kuiperij roepen en hem naar het hospitaal laten dragen." Terwijl de konstabel aan dien wenk gehoor gaf, kwam meneer Biggs, met een doek om zijn gezicht alsof hij kiespijn had, op den onderbetaalmeester af. "Wat duivel maak jij toch voor een erbarmelijk leven?
Maar nu kon meneer Sawbridge zich niet langer goedhouden; schuddend van het lachen stormde hij de scheepstrap af naar het halfdek. Meneer Biggs kon eerst na meneer Sawbridge naar beneden gaan en het gesprek had aller aandacht getrokken, zoodat iedereen het oog op hem richtte. "Wat beteekent dat?" zei kapitein Wilson naar het gangboord komend.
"Ja," vervolgde de onderbetaalmeester, "ik zou wel eens willen zien dat iemand aan den wal zoo handelde; maar de tijd zal nog wel eens komen, dat ik de ondergane beleediging in bloed kan afwasschen, meneer Biggs." "En ik mag vervloekt zijn, als ik niet op een goeden dag een lesje zal geven aan den vlegel, die indertijd mijn broek gestolen heeft."
"Plicht gaat boven fatsoen," antwoordde Jack, die veel pret had in de grap. Meneer Biggs herinnerde zich den dag van gisteren. Terwijl hij voor den kapitein aansloeg, wierp hij een nijdigen blik op Jack, en pakte zich weg naar het benedendek. Wat de verontwaardiging van den bootsman nog verhoogde, was de ontdekking dat zijn broek eerder aan boord gekomen was dan hijzelf.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek