Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 juni 2025
Een onvermijdelijke dood bedreigde hen; van de ene kant kon de Kastelein van Lens met zijn wrede soldeniers alle ogenblikken uit het slot vallen; van de andere kant was het vooruitzicht nog aakliger, want zij hadden geen betrouwen genoeg in het geringe getal hunner gewapende broeders om te hopen dat de zege door hen behaald werde.
De Franse Veldheer ging te werk alsof hij op een vaste en harde grond zou strijden, en ontwierp de aanval op een wijze, die met de krijgskunde niet overeenstemde, zo waar is het dat een al te groot betrouwen de mens onvoorzichtig maakt.
Weet jij wel dat hij een kwaaie gek is, en dat, als gij haar niet kunt leveren, het er wel eens heel benauwd voor u zou kunnen uitzien? mogelijk neemt hij tante, omdat hij nichtje toch niet bekomen kan. Ik kan 't niet knoopen, dat uwe lieve zuster besloot, u haar eenig kind toe te betrouwen. Mogelijk hebt gij zoo lang aan haar zwak hoofd liggen gonzen en huilebalken, dat zij 't moest opgeven.
Faalt uw moed, ik zal worstelen tegen den nijdigen dood, zoolang er eene vonk der hoop voor mijne oogen glinstert. Wat is er in dit fleschje?" "Ik weet het niet. De dokter had er zelf niet veel betrouwen in, en hij gaf het mij slechts als iets, waarvan hij niet veel verwachtte."
Ik zal tot hen gaan en hun doen begrijpen, dat zij niet mogen wanhopen en redenen hebben om met betrouwen op den eindelijken uitslag dezer droeve zaak te wachten. Onderwerp u zonder tegenspreken; ik ga oogenblikkelijk tot uw huisgezin." En hij verliet inderdaad het wachthuisje.
"Ja, ik heb sedert eenigen tijd opgemerkt, dat gij hem zeer vriendelijk zijt," morde hij, het hoofd schuddende. "Ach, wie kan op het veranderlijk gemoed eener vrouw betrouwen!" "Maar wat wilt gij toch zeggen, vader?
Ho, ik zal met betrouwen tot de heilige tafel gaan; want ik gevoel in mijnen geest, dat de rechtvaardige en goede God mij om die woorden zal beloonen." Zeggen wat de verwonderde jongeling gevoelde, is onmogelijk; hij zag met verdwaaldheid dit kind, dat zich zoo edelmoedig voor zijn welzijn opofferde en zich voor hem aan den smaad en de schande wilde ten prooi geven.
Psalm éen heft dies aan met het: »Welgelukzalig is de man, die niet wandelt in den raad der goddeloozen,« en Psalm twee sluit eveneens met een: »Welgelukzalig zijn allen, die op Hem betrouwen.« Zoo is alles in den Psalmbundel schoon geordend. Eigenlijk zijn het vijf bundels in éen bundel, en zijn elk dezer bundels door een bijna gelijkluidend refrein van elkaar gescheiden.
Wat echter de tegenwerping betreft, dat door zijn toetreden vele verdienstelijke lieden zich gepasseerd zouden kunnen achten, zoo ken ik in de eerste plaats niemand onder mijne dienaren, die, voor zoover ik weet, op deze plaats hoopte; en in de tweede plaats zal ik nooit een ambt, dat in zoo eng verband met mij, met het wel en het wee van al mijn onderdanen staat, naar ancienneteit, ik zal het steeds slechts naar betrouwen vergeven.
«De tijd vliegt zoo spoedig voorbij, troostte Lenora, alle dagen moeder, zullen wij bidden voor den afwezige, heel dikwerf zullen wij ter kerke gaan, aalmoezen uitreiken aan de arme lieden, zieken bezoeken, bedroefden vertroosten en intusschen met moed en betrouwen, Lorenzo's terugkomst verbeiden.»
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek