Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 juli 2025
Een brik en twee of drie schoeners hadden er gemakkelijk in kunnen omkeeren. Ik rekende er bijna op het eene of andere vaartuig met volle zeilen te zien uitloopen en met den zuidenwind het ruime sop kiezen. Maar die begoocheling verdween weldra. Stellig waren wij de eenige levende schepselen in deze onderaardsche wereld.
Laurence heeft hare oogen geopend. De stem van René heeft haar eensklaps tot de wezenlijkheid teruggeroepen; het meisje, gansch in hare zoete begoocheling verzonken, heeft zijne woorden niet verstaan. Hij herhaalt: "Hij schijnt mij zoo ziek, Laurence." "Ziek!" zegt zij nog gansch bedwelmd, als kon zij niet begrijpen van wien hij spreken wil. "O neen," herneemt hij nog eens, "Léon is niet goed."
In één woord, een Paradijs van ongekend zielsgenoegen is hem geschonken. O, Dahlia, hoe mildelijk toch beloont gij uwen dienaar! De droomende heer Fruyts bleef langen tijd onder deze verleidende begoocheling.
Deze toestand maakte Jean Valjean eenigermate op hemelsche wijze tot Cosettes vader. Inderdaad, de geheimzinnige indruk, dien de hand van Jean Valjean, in het bosch van Chelles, op Cosette teweegbracht, toen hij, in de duisternis, de hare nam, was geen begoocheling, maar wezenlijkheid. De verschijning van dezen man in het lot van dit kind was de komst van God geweest.
Leerde ons niet de wijsbegeerte, juist daaraan, aan het levend heden onze krachten te wijden, ze zou weer niets dan eene begoocheling zijn en een ijdel spel van den geest.
O, gij moet leven, opdat wij onze schuld jegens u zouden kunnen betalen!" "Nutteloos, alles is nutteloos," morde Reimond. "Maar, Willem," kreet het meisje, "blijf niet zoo werkeloos; laat mij niet alleen tegen die wreede begoocheling worstelen. Onze weldoener zou morgen sterven?
"Neen, het is geene begoocheling; mijne zinnen zijn niet ontschikt. Zouden er waarlijk vreeselijke dingen op Wildenborg gebeuren? Die vrouw, een schijn, eene valsche gedaante?" Op dit oogenblik trad Theresia De Wit in de kamer.
In het derde jaar was zij rampzalig, en het kroop voorbij. Toen gingen haar de oogen open: wat zij voor liefde had aangezien was machtsbegoocheling geweest. Ach, had die begoocheling mogen voortduren! Zij werd droefgeestig. Zij stortte vele tranen. Haar lach verstomde. De rozen op haar wangen verbleekten. Zij kwijnde langzaam maar zeker weg.
.... "Waarlijk.... ge hebt gelijk, waarlijk, das bewegt sich, ça existe, 't maakt leven.... jawel.... als deze zee, wissen Sie, die maakt ook leven.... hoor.... maar in waarheid beweegt het water niet, water is traag, voortgaan doet het niet.... 't schommelt, 't schommelt.... uit.... thuis.... un songe.... begoocheling van beweging...."
Cosette was gelukkig en Marius was tevreden. Zij leefden in dien verrukten toestand, welken men de begoocheling van een ziel door een andere ziel zou kunnen noemen. 't Was de eerste onbeschrijfelijke omhelzing van twee maagdelijke zielen in het ideale. Twee zwanen, die elkander op de Jungfrau ontmoetten.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek