Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 12 juni 2025


Heur gewonde handen trokken de vunzende vendels vaneen, tot ze onmachtig was nog iets te doen. Ze kreet een laatsten asem uit, geweldig om hulp en dan zakte zij door hare beenen en viel op den grond en lag er nog wat zoetjes te kermen en te piepen en haar droog uitgemergeld lijf en heur kleeren, 't brandde daar stillekens uit lijk een wassen keersken.

-'t Is voorzeker de laatste keer, troostte hij en ze zeulden samen den zwaren sopketel tot hij aan den hangel hing. Vrouwe, schenk me nog eenen borrel, dat geeft asem. Hij knoopte eenen zakdoek over zijne ooren, trok de warme wanten aan en: Doka, 'k ga.

Alles dient er tot kenmerk: een boom de fijnbebladerde asem , de met vruchten beladen klapperboom, een buigzaam riet, een pinang-palm, een kruis. Daar ginds is de rivier, een reusachtige kristallen slang, slapend in het groene kleed.

Hij zei dat het de endeloosheid was van hunne liefde en, trage wandelend liet ze zich geheel aanleunen tegen hem. Ze waren alzoo, te gare, éen schuivende schimme, éen wezen, en hun asem joeg opwaarts, bijeenwaaiend langs hun voorhoofd tot een streelende lauwte. Ze gingen door.

Toen zij in de slaapkamer kwam, hoorde zij Verlinde's asem in 't donker daar hij bij eenen stoel zijn avondbede deed. z'En spraken geen woord meer en kropen zonder geruchte in bed en bleven elk bij zijn eigen gedachten bezig, in de verwachting van den slaap.

Ze had onrustig met 't hoofd liggen draaien en op alle vragen weinig asem gegeven. Maar de laatste weken was 't niet al te best geweest. Jenneke had 't niet langer kunnen uithouden en was naar haar schoonzuster gegaan om Geertje dagelijks te kunnen bezoeken. Nou, dat vond Jaap voor de gerustigheid veel beter. Je kon toch zoo'n onnozel schaap niet moederzalig alleen laten liggen.

Pallieter liep en sprong zoo maar rats het hooge water in, duikelde naar onder en kwam weer blinkend van water en geluk, naar asem scheppend, in het midden boven. De waterkoelte deed het bloed in zijn lijf opspringen, het deed hem deugd, en hij lachte.

Ze spraken weinig. Hun asem was heet. Waar zijn we hier? Bijna binnen de stad. Ze legden een geveinsde onverschilligheid in hunne woorden, maar al hun gedachten vloeiden saam tot éen gichtig, woelig, zinnelijk beeld. Ze gaven zich over, zonder strijd, aan hun brandende koortse. Ze deden niets om de brutale tempteeringe uit hun lijf te krijgen.

En in heur haar fluisterde hij zachte woorden. Ze was gestreeld erdoor en liet zich streelen, en zijn warme asem was een aangename jeukte over haar hoofd. Wat hebbe 'k gedacht aan u, mijn Goedele! Hij zocht naar lijze zinnen en wrocht ze zorgvuldig zaam in zijn geest tot een lange lispeling, een lispelende zoetigheid.

Hare witte handen lagen saamgevouwen op haren schoot, licht als een asem of een geur. Soms schoot een zenuwrukje door hare leden en dan roerde haar nauw lijfje gansch: dat was eene zonderlinge gewoonte bij haar. Wanneer Emanuel onder 't lezen even opkeek, trof hij den peinzenden blik van hare ronde oogen die, als een dubbel lichtsignaal, waren op hem gevest.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek