Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 30 juni 2025
"Slechts één hielp den gekwetsten koopman, waar de schriftuur ons van verhaalt, en die was een Samaritaan," zeide Ambrosius met nadruk. Onder dit gesprek hadden zij den gekwetste verbonden zoogoed hun mogelijk was: vervolgens plaatste Joan hem in de kar: de grijsaard ging naast hem zitten en hield hem vast, om het zwakke lichaam tegen de al te sterke schokken van het rijtuig te bewaren.
"Hoe laat hij zich noemen?" vroeg Mom. "De Paapschen noemen hem vader Ambrosius," antwoordde Reede: "doch het zal moeilijk zijn, zijn verblijfplaats uit te vorschen. Er zijn zoovelen van dien naam." "Wij zullen zien," zeide Mom, opstaande en zijn knevel wrijvende om een onwillekeurigen glimlach te verbergen: "misschien is hij wel op te sporen.
"Het verhaal is kort en eenvoudig," zeide Ambrosius, en hij gaf in weinige woorden op, wat 's middags gebeurd was. "En op wie vallen uw vermoedens?" vroeg Pekkius haastig. "Ik heb geen vermoedens," hernam de Vicaris op een drogen toon. "Uw redder moet een kloek jongeling geweest zijn," merkte Spinola aan. "Van mij?" vroeg Velasco verwonderd. "Hij werd bij den Heer Van Sonheuvel opgevoed."
't Was bijna nacht toen ik ontwaakte: ik riep Ambrosius, die echter niet in het logement was, maar er toch weldra verscheen. Ik vroeg hem waar hij vandaan kwam, waarop hij me met een vroom gezicht antwoordde, dat hij uit de kerk kwam, waar hij den hemel was gaan dank zeggen, ons bewaard te hebben voor eenig ongeval van Burgos af tot Valladolid.
"Ik had geen Roomschen prelaat hier verwacht," zeide Maurits, zich met bevreemding en ontevredenheid tot Vader Ambrosius wendende. "Een heilige plicht riep mij herwaarts," zeide deze: "de ontwerpen van Mom waren mij bekend en ik moest voorkomen, dat mijn nicht zich met dien booswicht in 't huwelijk begaf. Met een andere boodschap had ik mij voor Mevrouw de Gravin belast.
Wij hadden nauwelijks een paar honderd pas gedaan, of wij ontdekten tusschen de boomen een licht. "Wat zou dat beteekenen?" vroeg don Raphaël. "De justitie van Cuença zal ons toch niet op het spoor zijn?" "Ik geloof het niet," zei Ambrosius; "het zijn, denk ik, reizigers. De nacht zal hen hebben overvallen en nu wachten ze zeker in het bosch den morgen af.
De dwaas liet goede wijnen en meelspijzen komen en bewees aan zijn peetvader en zijn gezel eer in, wat ze meer noodig hadden dan iets anders. Toen ging hij met hen samen het huis uit en beval ze Gode aan en zonder eenig uitstel liet hij den afdruk van was maken en zond dien om met anderen te worden opgehangen bij het beeld van Sint Ambrosius maar niet die van Milaan. Vierde Vertelling.
Ambrosius wil ingetogenheid bij de opvoeding van de vrouw; ook moet er ook voor gezorgd worden b.v. door een diëet, haar zinnen zo weinig mogelijk te prikkelen en moet men haar lichaam in een zekere staat van tedere zwakheid houden, om het jonkvrouwelike, koele, teruggetrokkene bij haar te bewaren.
"Wat zegt de duivel!" viel Front-de-Boeuf hem in de rede, "of liever, wat zegt ge, heer priester? Wij hebben weinig tijd, om teksten uit de heilige Kerkvaders te hooren." "Sancta Maria!" riep vader Ambrosius, "hoe doldriftig zijn deze onheilige leeken!
Hij was een ijverig Christen, en hij onttrok aan den ouden godsdienst en de priesters daarvan den steun van den staat. Hij stond sterk onder den invloed der geestelijkheid, vooral van bisschop Ambrosius van Milaan.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek